De url van deze pagina is https://www.lucasdecocker.be/wissenhage/waarombehouden.htm
Dit document werd het laatst aangepast op 24 januari 2025
Terug naar de inleidende pagina

In browsers op pc of laptop volstaat het meestal om op de "reload" of "vernieuwen"-knop te klikken (een draaiende pijl in wijzerszin).

Bij Smartphones krijg je die "vernieuwenknop" vaak pas te zien als je eerst op het symbool met de drie puntjes tikt  

Op Tablets of Smartphones moet je soms ook eerst nog de "cache" leegmaken (tijdelijke opslagplaats van de bezochte bestanden). Dat kan door op het symbool met de drie puntjes te tikken   en dan te kiezen voor "Browsegegevens wissen"

Klik of tik buiten dit kader, of druk op esc, om deze uitleg te sluiten.

Bezetters worden uitgedreven: zie Groot machtsvertoon!

 

Waarom we Wissenhage willen behouden zoals het nu is

 

Dwingende Ecologische redenen

"De mens is tot nader order een biologisch succesnummer.
Wel eentje van het invasieve type, waarbij andere soorten het gelag betalen."

Hans van Dyck, hoogleraar gedragsecologie.

 

Bestaande "oude" waardevolle natuur: fauna en flora


We vinden het onlogisch om 14 hectare bestaand waardevol groen grotendeels te verharden terwijl er zeker alternatieven te vinden zijn op reeds verharde ondergronden in of in de buurt van Gent.

Het terrein waar De Lijn hun nieuwe stelplaats wil bouwen heet Wissenhage en is iets meer dan 14 ha groot. Dat is een gebied waar de natuur reeds meer dan 25 jaar terug de kans gekregen heeft om opnieuw te groeien en te bloeien. Momenteel zijn, in het kader van een sanering binnen het onderzoeksgebied, al een aantal bomen gerooid. Voor de verdere inrichting van de nieuwe stelplaats zullen alle resterende bomen en planten gerooid worden. [Update: sedert woensdag 9 oktbober 2024, heeft De Lijn al meer dan 100 bomen gekapt!] Deze bomen maken deel uit van een bos dat ontstaan is na 1930 (bron Nota Gent Gaardenierspad Stelplaats De Lijn) en dat bestaat uit loofhout. De beplanting bestaat uit pioniersvegetatie en verruigd grasland. Daarnaast zijn in de zandige sedimenten minuscule glauconietspikkels waar te nemen, alsook detritieve organische restanten en verspoelde houtdeeltje en schelpengruis (kleiner dan 2 mm), wat het alluviale karakter van de sedimenten onomwonden onderstreept. Dit zijn redenen om aan te nemen dat hier sprake is van rivierdalen, gezien al deze aspecten tevens zeer atypisch zijn voor dekzand. Het gebied wordt aldus gekenmerkt door een vlak dallandschap met laagten, die vroeger continu blootgesteld zijn aan overstromingen. De opbouw van de bodem- en vegetatiehorizonten duiden op een zeer dynamisch sedimentatiemilieu met een omslag naar een stabiele geologische situatie, gekenmerkt door een afname in de slibsedimentatie en een toename in veen- en vegetatievorming, maar dat onderbroken werd door periodieke rivierdebieten. Over het belang van die veenlagen gaan we verder nog in.

Ondertussen is ook aangetoond dat ongeveer elk bodemtype (behalve akkerland) zeer interessant is i.v.m. opslag van koolstof (onderzoek gedaan tot op een bodemdiepte van 1 meter, zie vrt - koolstof in de Vlaamse bodem).
Daarbij komt nog dat bossen ook een pak koolstof opslaan in de bomen en planten die er groeien, en dat specifieke veengebieden overigens ook extra CO2 in de bodem opslaan

Wissenhage is een zeer biodivers gebied: op 25 augustus 2024 stond de teller van waargenomen soorten op Wissenhage op 536. Ondertussen opgelopen tot 614 (12/9/2024). Het is een gebied dat behoort tot de 4 % meest soortrijke in Vlaanderen.
We vinden (vonden tot 9 oktober 2024, de dag van de uitzetting van de bezetters en de massale boomkap en vernielingen van het terrein) er naast veel voorkomende insecten-, vogel- en diersoorten o.a. de vos (Vulpes vulpes), de kleine vos (Aglais urticae), de steenmarter (Martes foina), de gewone dwergvleermuis, de ruige dwergvleermuis, de gewone grootoorvleermuis, de struiksprinkhaan, de bramensprinkhaan, de gewone bosmuis (Apodemus sylvaticus), de rosse woelmuis (Myodes glareolus), de huisspitsmuis, alpenwatersalamander (Ichthyosaura alpestris), de kleine watersalamander (Lissotriton vulgaris), ijsvogels, de buizerd (Buteo buteo), de muurhagedis (Podarcis muralis), de larve van de bladsprietkever (Scarabaeidae), de gewone pad (Bufo bufo) en talrijke nachtvlinders.
Voor waarnemingen van nachtvlinders zie oa: waarnemingen .

Studenten van de UGent vonden er 39 beschermde diersoorten en stelden vast dat Wissenhage een bijzonder ecosysteem is met een grote biodiversiteit.
Zie daarover een verslag van de vrt Wondelgem-natuurgebied-biologiestudenten en
de Wikipediapagina die de studenten daarover maakten: wiki/Wondelgemse_Meersen of het online-artikel in Het Nieuwsblad: Nieuwsblad.

Op zondag 25 augustus 2024 werden tijdens een Bio-Blitz op Wissenhage meer dan 500 plantensoorten gedetermineerd. Wissenhage is in feite een enorme biologische zadenbank, zo dicht bij het centrum van Gent.
Zie waarnemingen op de Bio-Blitz

Biodiversiteit is een zeer belangrijke maatstaf voor de natuurlijke omgeving. Hoe diverser de planten- en diersoorten in een gebied, hoe evenwichtiger het gebied ontwikkeld is. Biodiversiteit fungeert als het kanarievogeltje in de steenkoolmijnen.

Wissenhage ligt op een noord-zuid-as van groen rond de stad.
Via dergelijke groenassen wil men dieren en planten toelaten om zich verder te verspreiden en grotere aaneengesloten leefgebieden te bekomen/behouden.
Wanneer men Wissenhage verhardt wordt er een belangrijke schakel uit deze groen-ketting geknipt. Iets wat hoe dan ook de biodiversiteit zal aantasten.

Het "Besluit rond de soortenbescherming en soortenbeheer" (2009) legt vast welke dier- en plantensoorten juridische bescherming genieten, welke verbodsbepalingen gelden en welke actieve beschermingsmaatregelen kunnen genomen worden. Over het algemeen geldt er minimaal de zorgplicht - de kwaliteit en kwantiteit van de natuur mag niet achteruitgaan - maar specifiek met betrekking tot soortenbescherming is het verboden om nesten, voortplantingsplaatsen en rustplaatsen van beschermde soorten opzettelijk te verstoren, beschadigen of vernietigen. Zo kan bijvoorbeeld al een veranderende grondwaterstand of verdrogen van habitats leiden tot het verlies van voortplantings- of rustgebieden.

 

Vervuilde ondergrond?

De Lijn wil de natuurwaarde van Wissenhage uiteraard minimaliseren door te stellen dat het terrein er ernstig vervuild bij ligt. Maar De Lijn speelt hier echter dubbel spel. Momenteel is dit terrein echter veilig genoeg om daar passieve natuurbeleving te doen. De asbestverontreiniging ligt onder de norm om te moeten saneren, en de vervuiling die nog in de ondergrond zit mag alleen geen bijkomende geforceerde waterinfiltratie ondergaan. Iets wat dus niet het geval is wanneer mensen of dieren daar gaan wandelen (bron van de technische informatie is de "SAMENVATTENDE NOTA - VASTE DEEL VAN DE AARDE -De Lijn - Wissenhage" van TRACTEBEL ENGINEERING N.V. van 3 juni 2020).

 

Eeuwenoud moeras:
moeras- en veengebieden die er vroeger waren en nooit verdwenen zijn door de industrie.

 

Biologisch erfgoed

Wissenhage maakt deel uit van de "aloude Wondelgemse Meersen" en is dus deels meersengebied en bevat ook lagen veengrond (zie o.a. "Onbekend en of verborgen erfgoed" door Dr. Frank Gelaude, in "Het profiel", januari-februari 2023 blz. 16 tem 20).
In de samenvatting van de "Nota Gent - Gaardenierspad Stelplaats De Lijn - Wissenhage" van Rani Evaert van 2020, lezen we op blz. 37
"De uitvoering van het onderzoek geeft aan dat op het terrein in het verleden sprake was van een hoog dynamisch riviermilieu, met een omslag naar een rustiger, maar vrijwel continu nat milieu dat geregeld is blootgesteld aan overstromingen en waarbij zich subatlantisch veen kon ontwikkelen in de dieper gelegen geulen."
Noot van de redactie: de onderstreping brachten wij aan.

... veengebieden zijn zeer gevoelig voor veranderingen van het bodemvocht en de grondwaterstand. Veenbodems werken als een spons en houden continu veel water vast. Wanneer de grond echter uitdroogt, versnellen oxidatieprocessen in de bodem. Hierbij oxideert het organisch materiaal dat aanwezig is in de bodem, waardoor ook broeikasgassen vrijkomen. De bodem veraardt en vertoont scheuren. Het oxideren is een irreversibel proces. Bij verdroging van veenbodems gaat dus (een deel van) de veenbodem permanent verloren. Dergelijke processen gebeuren ook bij alluviale gronden met kleitexturen. Deze gronden kunnen eveneens scheuren bij extreme droogte, wat in sommige gevallen irreversibel is en schade kan teweegbrengen aan natuurwaarden.
(Bron: Hemelwater- en Droogteplan Gent, 1 oktober 2024, Stad Gent: Departement Stedelijke Ontwikkeling)

Ondanks het feit dat er vroeger op sommige kleinere delen industriële activiteit doorging, is het duidelijk dat de natuur veel sterker blijkt dan destijds door het Departement Omgeving eerder aangenomen werd. De studenten van de UGent spreken van "historische wetlands" die de verstoring door de mens veel beter doorstaan hebben dan verwacht. Men kan in die zin degelijk over biologisch erfgoed van Vlaanderen spreken.

Dit type landschap heeft heel belangrijke voordelen voor het klimaat, met name:

De belangrijkste te verwachten gevolgen van verharding of droogte van dergelijke gebieden zijn o.a.:

 

Buffer tegen hittestress

Wissenhage is 14 ha groot en "nat"; dus een nog groter afkoelingseffect dan "gewoon groen". Dit betekent dat delen van de Bloemekenswijk, Wondelgem, Muide-Meulestede-Afrikalaan, Rabot-Blaisantvest, Mariakerke en Sluizeken-Tolhuis-Ham (afhankelijk van de windrichting) beurtelings het belangrijk verkoelend effect van dit gebied kunnen ervaren, zeker in tijden van klimaatopwarming (waarvan nu al zeker is dat die hoe dan ook tot 2050 zal verergeren). In het rapport van het hitte-eiland voor Gent (opgemaakt op de vraag van de stad Gent) worden o.a. ook die wijken als erg bedreigd aangemerkt.

Hittegolven zijn niet alleen bijzonder vervelend maar kunnen bij kwetsbare personen echt levensbedreigend worden.
Langdurige hitte zorgt voor uitdroging, zonnesteken, hoofdpijn, spierpijn en uitputting door verminderde slaap. Het kan, voornamelijk bij kwetsbare groepen zoals ouderen, leiden tot een stijging van het aantal sterf- en ziektegevallen. Tijdens extreem warme zomers waren er in Belgie de voorbije zomers reeds 967 (zomer van 2010) tot 2052 (zomer van 2003) extra overlijdens als gevolg van hittegolven waarbij telkens 40 % tot 50 % van de slachtoffers ouder waren dan 85 jaar. Dit wordt door tal van wetenschappers en in wetenschappelijke publicaties bevestigd; bv.
"Oudere mensen, kwetsbare mensen en jonge kinderen lijden het hardst onder die hittedagen. Er zijn ook meer doodgeboortes, vroeggeboortes en miskramen tijdens een hittegolf" dixit Wim Thiery, klimaatwetenschapper VUB (zie De Gentenaar van 8-8-2024, of
Nature-based Solutions to Climate Change Adaptation in Urban Areas, Nadja Kabisch e.a., 2017, of
The Lancet Heat-related mortality).

Zelfs het Departement Zorg van de Vlaamse overheid wordt zich steeds bewuster van de nadelige effecten van de klimaatopwarming. Begin augustus 2024 raakt bekend dat de Vlaamse overheid voor het eerst een vacature uitgeschreven heeft voor een 'klimaatarts' (zie vrtnws en Het Nieuwsblad van 3/8/2024).

Meer info over hittestress: klik hier.

Het verkoelend effect van Wissenhage is vaak gewoon te voelen wanneer je 's zomers vanuit de stad het fietspad richting Wondelgem neemt. Dit fietspad maakt deel uit van de "Groenklimaatas nr 8 (de Lieve)". Heerlijk (zie groenklimaatassen).
De Stad Gent zegt over de Groenklimaatassen: "In de dens bebouwde kernstad moeten we de groenklimaatas versterken met zeer precieze, puntsgewijze ingrepen. Hier zetten we in op vergroening, ontharding en hoogwaardige fiets- en wandelroutes. Projecten rondom voegen extra breedte voor groenruimte en waterbuffering toe en bouwen natuurinclusief en klimaatadaptief.
De assen verbinden versnipperde stukjes natuur en water in de stad beter met elkaar. We creëren er brede en grotendeels autovrije verbindingen waarlangs het heerlijk joggen, wandelen en fietsen is. Het leefgebied van veel planten en dieren vergroot erdoor, en we houden de natuurlijke migratieroutes van veel diersoorten in stand en daarmee hun populaties gezond. De groenklimaatassen zorgen ook voor de aanvoer van koele lucht tot diep in het centrum van Gent en houden regenwater vast.
"

De "Structuurvisie Ruimte voor Gent 2030" (Stad Gent, 2018) beoogt een leefbare, duurzame en inclusieve stad.
Omdat water hierin een cruciale rol speelt, stelt Gent o.a.:

Dit "goede voornemen" wordt nog eens herhaald in "Ruimte voor Gent". Daarin wordt de nieuwe structuurvisie voor 2030-2050, de ambitie voor de versnelde realisatie van de groenklimaatassen hernomen.
Nog een voorbeeld van: "Luister naar mijn woorden maar kijk niet naar mijn daden"?

 

Hittestress rond Wissenhage

Zeer schrijnend is de situtie rondom Wissenhage. Op de Hittekwetsbaarheidskaart van Vlaanderen wordt per gebied een score gegeven hoe "hittekwetsbaar" dat gebied is. Die score gaat van 1 (voorlopig niet kwetsbaar) tot 10 (super kwetsbaar: daar lopen de bewoners nu reeds de grootste risico's op alle gezondheidsproblemen die met hittestress gepaard gaan (zie hoger).
Zo heeft Wissenhage zelf (zoals het er nu vergroend bij ligt en op de kaart sector "Oude Lieve" genoemd wordt), de score 1. De Muide daarentegen heeft de meest alarmerende score 10.
Het Rabot krijgt de weinig benijdende tweede plaats met score 9. Daartussenin heeft bv. de sector Van Beverenplein een score van 8, het zuidelijk deel van de Bloemekenswijk een score 8, Tolhuis een score 8. Gebieden met scores hoger dan 6 verdienen dringend extra maatregelen om hittestress tegen te gaan (dus bijna alle omliggende sectoren rond Wissenhage); deze sectoren genieten nota bene nu al het afkoelend effect van Wissenhage. Je kan je afvragen wat de scores van de omliggende sectoren zal zijn wanneer Wissenhage niet langer een groene oase is maar een prestigieuze grote stelplaats!

Hieronder een detail uit de hittekwetsbaarheidskaart van het Vlaams agentschap Zorg en gezondheid. Wil je de kaart in volledige breedte op je scherm zien, klik dan hier en maximaliseer de vensterbreedte of hou de smartphone horizontaal.

Hittekwetsbaarheid rondom Wissenhage
Hittekwetsbaarheid rondom Wissenhage

 

Zie eventueel Oneerlijkheid t.o.v. sociaal kwetsbare bewoners! voor meer info over het verhoogd risico voor bepaalde wijken in grootsteden.

 

Er zullen steeds méér hittedagen komen

Klimaatwetenschappers tonen aan dat de piektemperaturen in Europa veel sneller stijgen dan de toename van de gemiddelde temperatuur. Daardoor zal ook het aantal hittegolven drastisch toenemen (professor Xavier Fettweis (universiteit Luik), François Massonet (UC Louvain) en Wim Thiery (VUB). De extremen zullen dus sneller stijgen dan de gemiddelden waardoor we in een vicieuze cirkel terecht komen. Drogere bodems nemen minder vocht op, daaropvolgende neerslag dringt minder snel door, versnelde afvoer van regenwater naar de riolering en rivieren, volgende keer minder afkoeling enz.

Uit het grote klimaatrapport van het VN-klimaatpanel IPCC van oktober 2024, blijkt dat de opwarming van onze planeet veel sneller gaat dan verwacht en aan een opwarming met anderhalve graad kunnen we niet meer ontsnappen - mogelijk gebeurt dat zelfs al over 10 jaar. Zie desnoods Recordhoeveelheid broeikasgassen in de atmosfeer, maar klimaatplannen schieten nog ruim te kort.
Toch ontbreekt nog steeds de politieke wil om hiertegen de nodige maatregelen te treffen.

Meer info over de hitte-eilanden in Vlaanderen vind je o.a. op een officiele website van Vlaanderen Het Klimaatportaal van Vlaanderen met daarin bv. hittekaarten van de vorige jaren Aantal hittegolfgraaddagen in de zomer van 2020

Tegenover de klimaatopwarming —die zelfs nog zal aanhouden eenmaal de CO2-emissie onder de pre-industriële periode komt— bestaat momenteel alleen de klimaatadaptatie. Hiervan zijn de belangrijkste aangrijpingspunten:

De Stad Gent zegt mee te stappen met de Vlaamse overheid om via het Lokaal Energie- en Klimaatpact (LEKP) de klimaattransitie te realiseren. De doelstelling voor ontharding is 1 vierkante meter ontharding per inwoner tussen 2021 en 2030. Voor Gent betekent dit een onthardingsdoelstelling van 261.173 vierkante meter of 26 hectare tegen 2030!
Reken daar dan de verharding van de bouw van de stel- en herstelplaatsen op Wissenhage bij! Hoe gaat de Stad Gent deze bijkomende verharding opvangen?

Een eerder retorische vraag in deze: "Wat is hierin de rol van het behouden van Wissenhage zoals het nu is?".

In het besluit van Zuhal Demir waarin de bouwaanvraag van De Lijn op Wissenhage goedgekeurd wordt, wordt nochtans expliciet het volgende vermeld op blz. 59:  "Hittestress: het projectgebied is momenteel volledig te beschouwen als een groene ruimte. Het projectgebied heeft in de bestaande toestand een voelbaar verkoelend effect voor het fietspad langs de westrand van het projectgebied, de appartementsblokken in de Maïsstraat en de Jan Yoens atletiekpiste en open lucht sportvelden en in mindere mate ook voor de rest van de Bloemekenswijk. Dit verkoelend effect van het projectgebied op de omgeving zal volledig verdwijnen omwille van de ontbossing en de omvorming naar een bebouwde omgeving;"

De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening bepaalt trouwens dat de ruimtelijke ordening gericht moet zijn op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling, waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang worden gebracht.

Groene ruimtes kunnen dienen als ontmoetingsplek voor buurtbewoners. Een groenere omgeving biedt ontspanning en mogelijkheid tot beweging en werkt zo stressreducerend. Dit zorgt ervoor dat mensen sneller herstellen van operaties, ziektes, stress en vermoeidheid. Meer groen stimuleert de werking van het immuunsysteem en er werd reeds aangetoond dat kinderen die hier in hun eerste levensjaar meer mee in aanraking komen, minder vaak ziek worden en minder gevoelig zijn voor allergieën.

En toch keurde Zuhal Demir (en de volledige Vlaamse Regering) op 28 juli 2024 die bouwaanvraag goed!

 

Ontbrekende groenpool in het noorden van Gent

In het Project groenklimaatassen van de Stad Gent vind je de vijf groenpolen die door de stad bepaald werden. Daarmee wil de stad o.a.:

Helaas is er in het noorden van Gent (de wijken rond de Bloemekenswijk) helemaal GEEN groenpool voorzien.

 

Beloven en ondertussen het tegengestelde doen

In het "Klimaatplan Gent 2020-2025" van de stad Gent staat op blz. 125 letterlijk: "We voorkomen een verdere netto toename van de bodemafdekking door bebouwing en verharding".
Wissenhage nu nog laten bebouwen is hier rechtstreeks en volledig in tegenspraak mee. Na Antwerpen en Beveren is Gent trouwens de derde grootste verharder van Vlaanderen met gemiddelde verhardingssnelheid van 1251 m2 per dag! (zie Betonrapport Vlaanderen (vrt nws)).

In het MER (Milieu Effecten Rapport) -dat werd opgesteld op vraag van De Lijn- is echter expliciet vermeld dat nu al vast staat dat de klimaatverandering zal leiden tot een belangrijke toename van het aantal hittegolfdagen en van hittestress in 2050 in de omgeving van Wissenhage; de drempel voor hittestress (60 hittegolfgraaddagen) zal overschreden worden voor dit projectgebied en omgeving. Opgelet: deze gegevens houden nog niet eens rekening met de verharding van het projectgebied ten gevolge van het project (zie het document: "Tram- en Busstelplaats en onderhoudscentrum Wissenhage te Gent - Ontwerp project-MER (PRMER3373), De Lijn, 1 juni 2022, BE114000854, Onderdeel 6.11.2.2.2 Hittestress, vanaf blz 286 tem 291).

Ondertussen erkent De stad Gent zelf sinds meer dan 30 jaar dat er te weinig groen is in de Bloemekenswijk (zie meerdere stadsrapporten sinds 1980) en dat de bewoners van de Bloemekenswijk nood hebben aan meer groen.
In het "Ruimtelijk Structuurplan Gent" stond bv nog dat men ging onderzoeken hoe de FNO-site kon ontwikkeld worden als Bloemekenswijkpark (blz. 277).
Momenteel wil men op dat gebied extra woningen en liefst een nieuwe school huisvesten en is er van een park geen sprake meer.

Ondertussen is ook aangetoond dat het aantal extreme weerfenomenen (langere en intensere regenperiodes, hittegolven) sneller toeneemt dan vanuit de gemiddelde stijging van de temperatuur werd voorspeld.

De Lijn zelf zegt niets te doen om de toename van de hittestress te beperken want ze voelen zich daar niet verantwoordelijk voor, een uitspraak op de infoavond van 20 februari 2024.

Ondertussen schoof de destijds Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) een bijkomende nieuwe groennorm naar voren: de 3/30/300-regel. Deze regel stelt dat in stedelijke gebieden 3 bomen zichtbaar moeten zijn per woning, de omgeving van elke woning minstens 30 % klimaatgroen moet hebben en dat er ook binnen de 300 meter een toegankelijke groene ruimte is per woning (zie Nieuwe groennorm (Vilt)).
Die "30"-regel kan rond Wissenhage nooit meer gehaald worden als het bebouwd wordt.
Zie daarover o.a. "Bomen in Gent: grote verschillen per wijk", het onderzoeksrapport van het Gents Milieufront van 2 mei 2024.

De overschrijding van het maximaal aantal hittedagen is dus geen gevolg van het noodlot, wel een gevolg van falend beleid.

Welke overheid (stad, provincie, Vlaanderen) kan met deze info dan toch nog toelating geven om Wissenhage te laten inpalmen? Dat is dan heel bewust kiezen om de omliggende wijken op te zadelen met bijkomende hittestress. Des te meer omdat in de omliggende wijken hoofdzakelijk oudere arbeiderswoningen staan met weinig isolatie en kleine (of soms geen) tuintjes.

Blijkbaar komt het "voortschrijdend inzicht" bij de bevoegde overheden heel traag op gang.

Meer gedetailleerde informatie over de gevolgen van de klimaatverandering op Vlaanderen (met o.a. info over hoe de klimaatverandering zich nu al laat voelen in jouw wijk of gemeente én hoe dat in de toekomst kan toenemen, de effecten voor de belangrijkste klimaatthema's: hitte, droogte, wateroverlast ...) vind je op: https://klimaat.vmm.be/tools/impact.

Boscompensatie op méér dan 1 km van Wissenhage verwijderd is in dit kader altijd ontoereikend!

De Vlaamse Overheid laat de omwonenden van Wissenhage in de steek. Blijkbaar moeten ook hier -zoals in het geval van de vzw Klimaatzaak op 30 november 2023- via de rechtbank, de overheden gewezen worden op hun plicht om hun burgers een gezonde leefomgeving te garanderen; zie de zorgplicht, artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek.

 

Aanwezigheid van kwelwater

In het noordoostelijke deel van Wissenhage komt er zeer helder kwelwater aan de oppervlakte. Het vormt een klein beekje met typische plantengroei aan de oevers ervan.

Kwel is grondwater dat onder druk aan de oppervlakte uit de bodem komt.
In het algemeen ontstaat kwel door een ondergrondse waterstroom van een hoger gelegen gebied naar een lager gelegen gebied. Wissenhage is al lang één van de laagst gelegen gebieden in de omgeving.
Kwel kan zich afspelen over afstanden van enkele meters tot vele kilometers. Zo weet men nu niet van waar dit kwelwater afkomstig is (net zo voor het water in het Bloemekenspark fase 1).
Kwelwater vormt bronnen. In een "modern" ontwaterd landbouwgebied wordt kwelwater meestal weggevangen in sloten, voordat het in het maaiveld aan de oppervlakte treedt. Dit is een van de oorzaken van verdroging van de natuur. Nu wil De lijn dit kwelwater inbuizen en apart afvoeren! Daardoor zal dit gebied verder uitdrogen, met alle nadelige gevolgen voor de directe omgeving (bv. uitdrogen van onderliggende veenlagen).
Kwel heeft vaak een bijzondere waterkwaliteit. Vooral diepe kwelstromen die eeuwenlang door de bodem hebben gestroomd, zijn zuurstof- en voedselarm en vaak kalk- en ijzerhoudend. Dit leidt tot bijzondere flora

Het mag duidelijk zijn dat het inbuizen van dit kwelwater eveneens een verarming van de biodiversiteit van dit gebied inhoudt.

Bij de recente boskap is de beek met kwelwater afgedamd (om met de zware machines er over te kunnen rijden)!

 

Overstromingsgevoelig gebied


Wissenhage ligt naast de "Nieuwe Lieve", die daar het stroomgebied van de "Oude Lieve" volgde (zie de historische kaarten van Deventer (1650), Horenbault (1619), Hondius (1641) en Ferraris (1778) en Vandermaelen), en eigenlijk nog een restant is van een noordelijke meander van de "Oude Leie".
Het is een oorspronkelijk laag gelegen moerasgebied met venige ondergrond. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Wissenhage in een "watergevoelig" gebied ligt (inundatiegebied); m.a.w. als het even hevig regent dan is het fietspad dat er vlak naast ligt al met regenwater overstroomd. Dat is eind december 2023 en begin 2024 voor de zoveelste keer opnieuw bewezen. Men heeft daar zelfs sleuven uitgegraven naar een aparte gracht/beek in Wissenhage om het overtollig regenwater af te voeren van het fietspad.

Op de recentste kaarten i.v.m. de gebieden die overstromingsgevoelig zijn zien we dat een groot deel van Wissenhage effectief gevoelig is voor overstromingen als gevolge van regenval. Zie klimaat.vmm.be/tools/impact.

Ten gevolge van de klimaatwijziging zullen overstromingen (daar) in de nabije toekomst steeds vaker gebeuren.

Hoe gaat De Lijn dan voorkomen dat Wissenhage niet overstroomt bij hevige regenval? Meer nog, het is maar te wachten tot wanneer Gent eens getroffen zal worden door een waterbommetje. In dat geval zal Wissenhage (volgens Vlaanderens eigen gegevens) compleet overstromen. Dat zal zeker extra vervuiling meebrengen (gelekte koelvloeistoffen, remolie, motorolie). Wat zal de milieukost daarvan zijn? Wie gaat dan de opruiming daarvan bekostigen?

De Vlaamse Regering is al een tiental jaar bezig met het probleem rond de zogenaamde 'signaalgebieden'.
Dit zijn gebieden waar er een conflict bestaat tussen belang voor het watersysteem omwille van de sponsfunctie en/of de overstromingsgevoeligheid, en een eventuele verharde ruimtelijke bestemming.
Uit vooronderzoeken blijkt duidelijk dat Wissenhage veel water vasthoudt (sponsfunctie). We vinden dan ook dat Wissenhage ruimschoots voldoet aan de criteria om als signaalgebied erkend te worden en dus bescherming tegen bebouwing verdient.
Het gemeentebestuur kan een gebied aandragen om dit te laten erkennen als signaalgebied. Deze erkenning kan leiden tot een toewijzing van een statuut als WORG (Waterrijk Open RuimteGebied), wat de bebouwing en/of verharding ervan verhindert. Dat zou sneller gaan dan via de procedure die nodig is om een RUP-aan te passen (Ruimtelijk UitvoeringsPlan).

Het lijkt ons dan ook totaal onlogisch om in tijden van te lage waterspiegels en de roep van de overheid om massaal te ontharden (door bv te "tegelwippen" en daarvoor zelfs subsidies voor uit te betalen), toch nog 14 ha te verharden, waar er volgens ons alternatieven op reeds verharde grond voor te vinden zijn.

 

Verlies van biodiversiteit


De fauna en flora die zich ondertussen herstelde in Wissenhage (zie hoger naar de bevindingen van de studenten biologie van de UGent) zou opnieuw verloren gaan door de werken, de verharding en de uitbating van de stel- en herstelplaatsen voor trams en bussen.
Op de door De Lijn georganiseerde "infodag" in 2023 kon men geen lijst geven van beschermde dier- en plantensoorten die leven op Wissenhage.
Die lijst bestond wel volgens de ambtenaar van De Lijn, maar hij kon ze op de "infodag" niet geven (sic). Waarom dan een infodag organiseren?

In het Milieu Effecten Rapport van De Lijn worden hoogstens 4 beschermde soorten opgenomen. Wat dus in schril contrast staat met de bevindingen van de studenten biologie van de UGent. Deze (al dan niet bewuste) "slordigheid" van het MER van De Lijn, past natuurlijk perfect in de strategie van De Lijn: hoe minder beschermde soorten er te vinden zijn, hoe gemakkelijker De Lijn toch een uitzonderlijke toelating zou krijgen van de Vlaamse Overheid om dit gebied te mogen bebouwen.

De Lijn beweert wel om de bomen slechts te rooien buiten de periodes van winterslaap en broedseizoen. Maar eenmaal de bomen weg zijn zal daar natuurlijk geen vogel meer terugkomen op een plaats waar er dag en nacht beweging en verlichting is. Als tegemoetkoming zal De Lijn de padden "transloceren", ze dus oppakken en buiten het gebied zetten. Die padden (en de andere diersoorten) zullen natuurlijk dan ook nooit meer naar Wissenhage terugkomen.

In een eerder MER van De Lijn "Tram- en busstelplaats en onderhoudscentrum Wissenhage te Gent (Ontwerp project-MER 2022)" lezen we echter op blz. 230: "Het ecotoopverlies dient als aanzienlijk negatief (met score = -3) te worden beoordeeld.
Eigenaardig genoeg wordt daar geen enkel beschermde dier- of plantensoort expliciet vermeld.

In een recenter MER van De Lijn "Tram- en busstelplaats en onderhoudscentrum Wissenhage te Gent, Addendum op het project-MER (PRMER-3373) december 2023)" vinden we dan toch:
op blz. 72 een plantensoort van beschermingscategorie 1: het Echt duizendguldenkruid;
en op op blz. 75 een tabel met 4 beschermde diersoorten van categorie 3 (Gewone Dwergvleermuis, Huisspitsmuis, Laatvlieger (vleermuis) en de Bosvleermuis;
op blz.  staat te lezen dat er geen reptielen (hagedissen) werden waargenomen in het projectgebied.

Dit blijft echter allemaal ver beneden de soorten en aantallen die door de studenten biologie van de Ugent gevonden werden!

Bij het inschatten van de biologische waarde van een gebied wordt vaak gekeken naar de "Biologische Waarderingskaart" (BWK). Op de vorige versie van deze kaart stonden grote delen aangeduid als 'biologisch zeer waardevol'. Een afstuderende masterstudent biologie toetste in 2023 in zijn thesis (Urban ecosystem mapping in Flanders) nog de quotering op de biologische waarderingskaart (BWK) a.d.h.v. een veldonderzoek op Wissenhage. Hij stelde daarbij vast dat er een onderschatting was van diverse delen van het gebied!

Uit tal van waarnemingen mag blijken dat Wissenhage een hotspot voor biodiversiteit is, met een ecologisch zeer waardevolle gradiënt van historische moeras-relicten en antropogene bodems en -soorten.; dat de soortenrijkdom en grootte van populaties in Wissenhage een belangrijk brongebied vormen voor kwetsbare populaties in het stedelijke natuurweefsel, en een essentieel rust- en stapsteengebied voor beschermde en lokaal belangrijke soorten.

Bijkomend zijn een aantal populaties, en de functionele ecologische waarde van het hele gebied sterk afhankelijk van de waterhuishouding (moerasgebied met kwelzones).

Het uitvoeren van bodem- of grondwater-verstorende werken in het gebied zou onherroepelijke ecologische gevolgen hebben voor populaties en habitatten van beschermde en lokaal belangrijke soorten.

 

Overlast voor de buren


In feite zijn dit ook ecologische redenen, maar we willen deze toch apart nemen omdat deze direct inspelen op de levenskwaliteit van de directe buren (zowel de bewoners van de sociale woningblokken in de Jan Yoensstraat en de Maïsstraat, als de mensen die wonen in de appartementen in De Nieuwe Molens in de Gasmeterlaan en in de Blaisantvest).

 

Geluidsoverlast

 

In de onmiddellijke buurt van Wissenhage

De huidige begroeiing van Wissenhage (bomen, hoge tot zeer hoge struiken) is een natuurlijk geluidsscherm tussen enerzijds, de sociale woningblokken in de Jan Yoensstraat en het einde van de Maïsstraat, en anderzijds, de verschillende bedrijfsgebouwen aan de Wiedauwkaai met o.a. het bedrijvenpark Galveston, de Eskimofabriek en ABC (Anglo Belgian Corporation is een Belgische fabrikant van krachtige verbrandingsmotoren voor schepen en generatoren (met diverse brandstoffen (zware fuel, diesel, waterstof) opgericht in Gent op 26 oktober 1912. De belangrijkste afzetmarkten zijn de scheepvaart, spoorwegen, stroomgeneratoren, elektrische centrales en warmte-krachtkoppelingen.).
Het grootste gedeelte van die begroeiing zal verdwijnen bij de aanleg van de stelplaatsen. Daarmee dus ook dit natuurlijk geluidsscherm. Deze noodzakelijke buffer, die dan plots wegvalt, kan dus een potentieel nieuw burenconflict doen ontstaan.

De stel- en herstelplaatsen zullen op zich nog extra geluid meebrengen. Hiertegen zou De Lijn geluidsschermen plaatsen (om het geluid van de werkplaatsen in te dammen ⚊ niet het geluid van rondrijdende auto's van het personeel, noch van de trams en bussen die op en af het terrein zullen rijden).
Het is hierbij belangrijk dat momenteel trams en bussen in Gentbrugge 's morgens reeds vanaf 5u15 de stelplaats verlaten, en dat er nog tot 2 uur 's nachts nog trams en bussen toekomen.

Dat staat dan nog los van de auto's waarmee de tram- en buschauffeurs nog daarvóór en daarna de stelplaats komen oprijden en weer verlaten.

Merk ook op dat de parkeerplaatsen voor die auto's boven op de daken van de stelplaatsen komen, zonder geluidsscherm of een scherm dat de lichtstralen van de auto's naar de woonblokken zal afschermen. Eén parkeerplaats daarvan kan meer dan 110 auto's stallen en bevindt zich op 5 meter boven het maaiveld. Een appartementsblok in de Jan Yoensstraat heeft 7 verdiepingen. De Lijn zei hierover, op de infodag van 20-02-2024, dat die hinder te verwaarlozen zou zijn (zonder daar een berekening of deftige inschatting van te geven). De Lijn heeft tot op heden nog geen concreet cijfer (extra decibels) over die deze vorm van geluidsoverlast gegeven. Daarnaast is het nog onduidelijk of er ook 's nachts een interventieploeg permanent aanwezig zal zijn (zoals dat bv nu wel zo is in de stelplaats Destelbergen).
Merk op dat niet elektrische bussen 's nachts ook rondrijden op het terrein om te tanken.

Gezien het gebrek aan info die De Lijn hierover geeft is het dus maar afwachten erg de geluidsoverlast zal zijn en hoe effectief die geluidsschermen gaan zijn (zeker naar de bewoners van de hoogste verdiepingen van de sociale woonblokken van de Jan Yoensstraat (en de nieuwe blokken die er nog zullen komen; met 6 bouwlagen hoog)).

 

In de nabijheid van de Blaisantvest en de trambrug

De trams zullen steeds een bocht moeten nemen bij het in- en uitrijden van de stelplaats aan de Blaisantvest. De Lijn geeft zelf aan dat dit bij aanvang (zowel 's morgens vanaf 5u15 als 's nachts tot 2 uur) over een 60-tal trams gaat (later uitbreidbaar tot 78 trams!), telkens gespreid over anderhalf uur. Op andere plaatsen in de stad Gent geven trams op gelijkaardige bochten geregeld een piepend geluid, blijkbaar verschillend van tram tot tram en van de rijstijl van de betrokken tramchauffeur (bv de bocht van de Burgstraat naar het Sint-Elisabethplein en de Rabotstraat).
Op de infodag van 19 februari 2024 werd meegegeven dat De Lijn al alles ging doen wat mogelijk was om de extra geluidshinder te beperken tot 1 extra dB (blijkbaar wettelijk voorzien). De huidige geluidsdruk zou al rond 50 dB liggen. Volgens een theoretische studie zou men onder die 1 extra dB blijven (wat ook nog altijd overeenkomt met een stijging van pakweg 26 % van de echte geluidsdruk (dit omdat dB een logaritmische schaal is)). Pas wanneer de trams er echt rijden zal men dus weten of men effectief binnen die norm blijft en dan zou De Lijn nagaan wat er nog extra gedaan kan worden. Een zeer eigenaardige logica: eerst zeggen dat je alles doet wat mogelijk is en daarna aangeven dat men misschien nog iets extra zal doen?

Feitelijk zou men dan moeten beslissen om de trams daar dan niet meer te laten rijden en zal de gebouwde tramstelplaats voor niets gebouwd zijn. Maar wie zal die beslissing nog durven nemen eenmaal die stelplaats daar gebouwd is? Hier neemt De Lijn dus opnieuw een enorm risico, net zoals ze destijds reeds een trambrug lieten bouwen zonder zeker te zijn van hun bouwvergunning en de financiering van de stelplaats.

 

Lichtvervuiling

 

Voor bewoners van de hoogste verdiepingen van de appartement in de Maïsstraat en de Jan Yoensstraat

Omdat er geen geluidsschermen voorzien zijn tussen de autoparkings voor het personeel en (bovenop de werkplaatsen) en de appartementsblokken, zullen er vanaf 5 uur 's morgens tot 2u15 's nachts, autolichten schijnen tot in de bovenste verdiepingen van de bestaande sociale appartementen in de Jan Yoensstraat en de Maïsstraat (en de nog te bouwen 3 appartementsblokken in de Jan Yoensstraat). Dat betekent dat de bewoners van die appartementen van zeer vroeg tot zeer laat lichtbundels in hun kamers te zien krijgen. Hierdoor zullen die mensen hun slaapkamers steeds volledig lichtdicht moeten afsluiten om niet steeds gestoord te worden.

 

Niet alleen voor de buurtbewoners, maar ook voor de fauna

Normaal gezien zal de stelplaats 's nachts steeds verlicht zijn. Ook dit zorgt voor bijkomende lichtvervuiling, niet alleen voor de bewoners van de appartementen maar ook voor de fauna die normaal op Wissenhage leeft, foerageert of doortrekt.

We denken daarbij expliciet aan het groot aantal nachtvlinders en de verschillende vleermuissoorten die er vastgesteld zijn.

Zelfs al zullen de vleermuizen die daar woonden of nesten of fourageerden niet meer terugkomen op dat terrein. Het nachtelijke licht zal er ook voor zorgen dat de vleermuizen die route naar de stad niet meer gaan gebruiken. Opnieuw een verlies voor de fauna.

Het is opmerkelijk dat De Lijn daar geen info over gaf (of kon geven) op de verschillende infosessies.

 

Trillingen aan de voorziene trambrug

Iedereen weet dat een voorbijrijdende tram trillingen in de buurt meebrengt. Als trams niet te snel rijden en de tramsporen liggen er goed bij hoeft dit geen probleem te zijn. Maar zoals de bewoners van de Jozef Vervaenestraat en de bewoners van de Poperingestraat kunnen getuigen, lijdt dit zelfs tot scheuren in de nabijgelegen woningen.

Vlak naast de voorziene trambrug liggen appartementsgebouwen (waarvan appartementen verkocht zijn onder de leugen dat er nooit trams over die brug zouden rijden). De Lijn zegt er "alles aan te zullen doen om de hinder te beperken".
In het document met de goedkeuring is er een deel met als titel: "Geluid en trillingen" (blz.55). Daar wordt geen enkele keer ingegaan op de invloed van de trillingen de voorbijrijdende trams op woningen en het dagelijks en nachtelijk leven van de buren.
M.a.w. dit aspect is gewoon compleet genegeerd in de beslissing van Zuhal Demir!

 

Waardevermindering van het omliggend vastgoed


Het spreekt voor zich dat door de negatieve effecten op de directe omgeving van Wissenhage de eigendommen in de nabijheid van Wissenhage, de trambrug en de aansluiting aan de Blaisantvest in waarde zullen verminderen wanneer de stelplaats gebouwd wordt en operationeel is.

 

De versmachtende invloed op de mobiliteit in de buurt


Bij de aanvang van de zoektocht van De Lijn naar een nieuwe stelplaats was het mobiliteitsplan nog niet in werking. Zowel de Wiedauwkaai, de Tolhuislaan, de Gasmeterlaan en de Nieuwevaart ervaren sedert de invoering van het mobiliteitsplan ernstige bijkomende verkeersdruk.
De uitbreiding van het ziekenhuis Sint-Lucas (met de afschaffing van de inrit van die site via de Groenebriel) en hun parkeertoren met enige in- en uitrit langs de Blaisantvest en Terhagen verhoogde nog eens de verkeersdruk.
Daarbij kwam nog de nieuwe brandweerkazerne in de Roggestraat (met nu nog eens een uitbreiding waarvan het personeel dat via de wagen naar de kazerne komt verplicht langs de Nieuwevaart naar de Gaardeniersweg moet) en de appartementen en handelszaken van Tribeca (Nieuwevaart). Ook deze druk zal nog toenemen met de voltooiing van de Tonderlierwijk (Gasmeterlaan) en de renovatie van de Vynckiersite waar ook nog eens een parkeertoren voor meer dan 300 wagens gepland is (Nieuwevaart).
De Lijn beweert dat de nieuwe stelplaats een verwaarloosbare invloed zal hebben op de mobiliteit in de omliggende wijken (net zoals bij de voorstelling van de renovatie van de Vynckiersite Revive beweerde dat hun invloed op de mobiliteit te verwaarlozen zou zijn. Dit klopt helemaal niet. Naast de toename van de verkeersdruk door in- en uitrijdende bussen, komt ook het extra autoverkeer van het personeel van De Lijn. Daarvoor worden voor meer dan 300 parkeerplaatsen voorzien op Wissenhage, en die auto's moeten ook allemaal via de Wiedauwkaai komen. Daarbovenop komen er in de Jan Yoensstraat in 2025 nog eens drie appartementsblokken bij (opnieuw met meer verplaatsingen bij).

Momenteel sta je met de wagen zeer vaak in de file op de Gasmeterlaan naar het kruispunt met de Tolhuislaan en de Wiedauwkaai. Wanneer bussen uit de Wiedauwkaai richting Tolhuislaan of Blaisantvest moeten dan zal dit deze files behoorlijk doen toenemen.

Wanneer bussen via de Wiedauwkaai en de Nieuwevaart uitrijden zal dit op zijn beurt ook de files aan het kruispunt met de Frans van Ryhovelaan en de Wondelgemstraat doen toenemen. Momenteel staan de wagens in de Frans van Ryhovelaan soms van aan het kruispunt met de Maïsstraat aan te schuiven richting Wondelgemstraat, met wachttijden tot meer dan 20 minuten (op drukke momenten kunnen slechts 3 à 4 auto's vanuit de Frans van Ryhovelaan richting Wondelgemstraat rijden per lichtencyclus). Het is niet zonder reden dat er bij de heraanleg van de Frans van Ryhovelaan een aparte busstrook aangelegd is richting Wondelgembrug (en dat zou De Lijn toch ook moeten weten).

Momenteel onderzoekt Gent de mogelijkheid om het aantal rijstroken op de Blaisantvest te verminderen, en nog méér verkeer vanuit het Neuseplein richting Nieuwevaart te sturen. Dat verkeer zal nog toenemen wanneer in 2025 de Verapazbrug in gebruik wordt genomen! De kruispunten aan het Neuseplein zullen daar dan helemaal vast lopen.
Momenteel onderzoekt Gent ook de mogelijkheid om het kruispunt aan het Neuseplein heraan te leggen, maar voorziet geen oplossing voor het probleem verderop aan de Wondelgembrug. Op die manier wordt de Bloemekenswijk steeds meer een mobiliteitseiland.

De conclusie is hier erg duidelijk: er wordt geen rekening gehouden met de huidige bestaande penibele situatie en al zeker niet met toekomstige evoluties die nu al te voorspellen zijn. De invloed van dit project op de mobiliteit in de buurt is nooit integraal onderzocht.

 

Geen degelijk onderzoek naar echte alternatieven


Als je een gebied wil bebouwen waar zich beschermde dier- of plantensoorten bevinden, dan kan er alleen een wettelijke uitzondering toegestaan worden indien er echt geen enkel ander alternatief te vinden is.

De Lijn beweert dat ze die niet gevonden heeft, maar is daarbij altijd uitgegaan van de noodzaak van 1 groot project (minimum 12 ha) waarbij ze 4 verschillende functies per se wil samen houden.

 

Alleen zoeken op terreinen die reeds eigendom zijn van De Lijn


In haar antwoord op een parlementaire vraag van Stijn De Roo (vraag nr. 1281 van 24 mei 2023), laat Lydia Peeters, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare werken, weten dat: "Er zijn geen locatie-alternatieven. Terreinen die voldoende groot zijn, ...en eigendom van De Lijn, zijn er niet".
Zo is het natuurlijk eenvoudig om te zeggen dat er geen alternatieve zijn wanneer je alleen maar binnen de reeds bestaande eigendommen van De Lijn kijkt.

 

Waarom zo groot, waarom zoveel hectare?


De Lijn stelt botweg dat de nieuwe locatie minstens 12 hectare of bijna 17 voetbalvelden groot moet zijn (zie de presentatie van De Lijn op de infosessies van 20-02-2024). De Lijn gaat ondertussen wel de bestaande stelplaatsen in Gentbrugge en Destelbergen behouden. Momenteel worden ALLE trams van Gent (83 stuks) op de stelplaats van Gentbrugge gestald (dit na aanpassingen van die stelplaats van enkele jaren geleden). Maar De Lijn wil daarvan al meteen 78 trams kunnen stallen op Wissenhage. Dat is dus meer dan 93 % van het huidig aantal trams. Bizar!

In 2016 besliste De Lijn om de 'vroegere' tramlijn 22, die liep tot bijna aan de sporthal Driebeek in de Driebeekstraat, te schrappen om dat tramspoor te kunnen gebruiken om er de nieuwe Albatrostrams te stallen.
Dit gaat over is een dubbel tramspoor dat onder het viaduct van de E17 loopt en dat meer dan 1 km lang is. Sedert het brokkelviaduct hersteld is worden daar nochtans geen trams meer gestald, maar werden de afgeschafte tramhaltes ook niet opnieuw in gebruik genomen. Dit gebeurt nu niet, maar dat kan perfect nog steeds (zowel de haltes bedienen als de trams stallen). Er is zelfs nog vrije ruimte onder het viaduct dat nog niet gebruikt wordt!

Als (ten vroegste over 5 jaar) er ooit een extra tramverbinding komt van aan de Voormuide tot aan de Dampoort, en nog veel later (ten vroegste over 15 jaar) van aan de Dampoort tot aan het Sint-Pietersstation, dan heeft De Lijn daar ⚊volgens eigen bronnen (regiomanager van Gent en omliggende sectoren)⚊ 16 tot maximum 20 extra trams voor nodig (elk 44 meter lang). Daar is dus zeker nog genoeg plaats voor onder het viaduct (of moet er niet zoveel extra stelruimte bijgemaakt worden).

De Lijn vind het erg dat er een aantal bussen in Gentbrugge niet onder dak staan (zie hun website). Maar in hun stelplaats in Destelbergen staan de bussen ook niet onder dak. Alweer een argument dat er met de haren bij gesleurd wordt.

De Lijn vind het ook erg dat er bussen in Gentbrugge niet op een afgesloten terrein staan. Dat zou nochtans wel kunnen. Waarom doen ze dat niet terwijl in de plannen van Wissenhage er wel in een omheining voorzien wordt? Alweer een argument dat er met de haren bij gesleurd wordt.

Oude bussen worden vervangen door elektrische bussen. Hiervoor is volgens De Lijn, om veiligheidsredenen, meer ruimte tussen de bussen nodig om veilig te stallen als gevolg van vergroot brandgevaar (en ruimte voor de oplaadstations). Hierdoor ontstaat dus wel de nood aan extra stelruimte (met de huidige elektrische bussen zou er 4 meter ruimte moeten zijn tussen twee elektrische bussen, momenteel is er gemiddeld 1 meter tussen twee bussen onder het viaduct van de E17). Samen met de breedte van de bussen zelf (de maximale breedte van een lijnbus inclusief spiegels bedraagt 3,05 m (zie desnoods technische info wegen en verkeer) is dit dus zeker geen verdubbeling van de totale bestaande ruimte.

Meer nog, momenteel worden voorzieningen ingebouwd in nieuwe elektrische auto's om die gemakkelijker te kunnen blussen (bv. de recentste Renault-modellen met aansluiting voor brandslangen). Er worden ook reeds brandveilige batterijen voor auto's, vrachtwagens en bussen ontwikkeld, waardoor het brandgevaar zelfs nog kleiner wordt dan bij voertuigen met fossiele brandstof. De Lijn zou dus in hun komende aanbestedingen voor nieuwe elektrische bussen kunnen eisen dat men dergelijke brandveilig batterijen gebruikt.

Verder gaat De Lijn er nu van uit dat ze in de toekomst gaan rijden met elektrische bussen waarbij de batterijen vast in de bus geïntegreerd zijn, in tegenstelling tot systemen waarbij de energie-opslag zit in een kleine aanhangwagen die vlot aan- en losgekoppeld kan worden (bv in Nederland waar men testen doet met bussen op waterstof en waar de waterstof in een aanhangwagen opgeslagen is) of via een "Sawp-system" (zie bv. het artikel in De Tijd: Verwisselbare batterijen: de oplossing voor de toekomst? van 2 juni 2023). Met dergelijke systemen hoeft een bus niet nodeloos lang aan een laadpaal te hangen en kan men het laden van de aanhangwagens of de swap-batterijen over de ganse dag en nacht spreiden. Met als extra voordelen dat je daardoor minder laadcapaciteit nodig hebt, en dat de bussen veel dichter bij elkaar geparkeerd worden met veel minder kans op overslaande branden tussen de bussen. Op die manier wordt ook het rijbereik van een bus ook niet meer beperkt tot de capaciteit van de batterij, en kan de bus van 's morgens vroeg tot 's nachts ingezet worden.

Eigenaardig dat voor zo'n belangrijk project zo weinig rekening gehouden wordt met de toekomstige ontwikkelingen.

Volgens de presentatie van De Lijn (op de infodag van 20-02-2024) heeft De Lijn nu 239 bussen, en wil ze er 120 van stallen op Wissenhage; (dat is dus 65 % van het huidige aantal). Gezien men de bestaande stelplaatsen gaat behouden zien we de echte noodzaak daarvan niet in!

De enige extra aankopen van trams worden dus ten vroegste verwacht tegen 2027.
Verder is er alleen sprake van het vervangen van bestaande bussen door elektrische bussen, waarvoor er momenteel inderdaad een beetje meer stelruimte voor nodig is. M.a.w. de echte nood aan extra stelruimte is eerder beperkt en vraagt bijlange geen 12 ha. Dan mag men gerust de vraag stellen waarom De Lijn nu nog een bijkomende stelplaats voor 120 bussen en 78 trams wel bouwen.

We nemen aan dat het nu krap werken is en dat een beetje extra ruimte best handig zou zijn voor De Lijn. Maar daarom beweren dat er een bestaand groen gebied van 14 hectare moet ingepalmd worden lijkt ons enorm zwaar overdreven.

De Lijn is op zoek naar bijkomende stel- en herstelplaatsen voor trams en bussen; hierbij ook voor bussen die in de ruime omgeving van Gent rijden. Het is duidelijk dat men niet noodzakelijk binnen Gent moet zoeken om stelplaatsen (en/of herstelplaatsen) te creëren voor bussen die in de ruime omgeving van Gent rijden. Zou het niet beter zijn om daarvoor een stelplaats buiten de mobiliteitsknoop van Gent te voorzien?

Verder kan de vraag gesteld worden in hoeverre herstelplaatsen voor bussen en trams nog ondergebracht kunnen worden onder de noemer "Gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut" (= enkel voorzieningen 'die gericht zijn op de bevordering van het algemeen belang en die ten diensten van de gemeenschap worden gesteld' zijn er toegelaten)?
Zijn die herstelplaatsen, met o.a. verfspuitcabines voor trams en bussen, nog wel gemeenschapsvoorzieningen? De Lijn spreekt in dit verband dan ook liever over "onderhoudscentra" ipv "herstelplaatsen" om nog van gemeenschapsvoorzieningen te kunnen spreken.

Dezelfde vraag kan gesteld worden voor een opslagplaats voor 20 ton rubberbanden. Moet dit op een plaats voor "gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut"?

Het blijft dus erg onduidelijk volgens welke concrete aannames, voorspellingen en berekeningen De Lijn aan de noodzaak van zo'n grote stelplaatsen komt. Dit lijkt allemaal zeer zwak onderbouwd, maar past wonderwel perfect in het verhaal om één zeer grote locatie op te eisen!

 

Waarom alles samen in 1 grote locatie?


In één van de vroegere documenten stelt De Lijn zelf dit over mogelijke locatiealternatieven: "Een locatiealternatief is een alternatief dat erin bestaat het project (of delen ervan) te realiseren op een andere locatie dan die voorzien in het basisalternatief(zie Tram- en busstelplaats en onderhoudscentrum Wissenhage te Gent (Ontwerp project-MER 2022), blz. 83).
Toen liet De Lijn zelf nog open dat het mogelijk zou zijn "delen ervan" te realiseren.

De Lijn wil nu echter per se 4 verschillende functies onderbrengen in 1 prestigieuze (dixit Lydia Peeters) grote locatie.

Deze koppeling van de 4 verschillende functies (tramstelplaats, busstelplaats, onderhoudscentrum voor trams, onderhoudscentrum voor bussen) waar De Lijn nu aan vasthoudt, is een absoluut blokkerende factor om bv 1, 2, of zelfs 3 kleinere, bestaande verharde terreinen te vinden, die met minder bouwkosten en vooral minder schade aan de natuur, aangepakt kunnen worden.

In haar antwoord op een parlementaire vraag van Stijn De Roo (vraag nr. 1281 van 24 mei 2023), laat Lydia Peeters, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare werken, weten dat:"Het opsplitsen van bus- en tramgedeelte op verschillende locaties zou vanuit oogpunt van schaalvoordelen en efficiëntie een stap achteruit zijn".
Daar werd geen becijfering van de schaalvoordelen en de efficiëntie bij gegeven. We gaan hieronder verder in op de noodzaak van die becijfering.

De Lijn beweert dat tram- en bus-stelplaatsen tezamen te houden een voordeel oplevert in geval er een tram niet kan uitrijden en de opgekomen tramchauffeur gemakkelijk als buschauffeur kan worden ingeschakeld. Dit zogezegd voordeel is niet becijferd en het is dus maar zeer de vraag of deze mogelijks kleine winst opweegt tegen het inpalmen van 14 hectare bestaand groen en de meerkost om Wissenhage bouwrijp te maken voor dergelijke zware infrastructuur (terwijl dat op reeds verharde locaties veel minder het geval zou zijn).

De Lijn beweert dat afstappen van de combinatie van herstelplaats voor trams en bussen extra kosten zou meebrengen omdat er dan op twee verschillende plaatsen magazijnen met onderdelen moet aanwezig zijn. Maar de onderdelen voor trams en bussen zijn helemaal niet dezelfde. Daarnaast zijn het aparte techniekers die voor trams of bussen werken, die hoeven dus niet per se op dezelfde locatie te werken. Dus deze argumenten zijn zwak en ook hier werd de meerkost volgens ons niet becijferd, en al zeker niet doorslaggevend om een terrein in te nemen waar minstens 39 beschermde diersoorten huizen. Want daar gaat het om: je mag de habitat van beschermde dier- en plantensoorten niet vernietigen wanneer er andere alternatieven mogelijk zijn! En juist daarom weigert De Lijn om op zoek te gaan naar kleinere en gesplitste oplossingen.

Zelfs indien de meerkost van het opsplitsen van de verschillende functies op meerdere kleinere locaties becijferd zou worden, dan nog moet men zich de vraag stellen of dit opweegt tegen het verlies van zo'n grote vergroende oppervlakte met tal van beschermde diersoorten.

Men kan dan ook de vraag stellen waarom er een extra herstelplaats moet bij komen als de huidige bewaard worden.

Het mag hier duidelijk zijn dat De Lijn, die de reeds bestaande stelplaatsen gaat behouden, zeker geen nood heeft aan 1 dergelijk grote gecombineerde extra stelplaats voor trams en bussen. Die overdreven eis maakt natuurlijk het vinden van alternatieve locaties enorm moeilijk (want dan zijn de beschikbare plaatsen natuurlijk te klein). De Lijn haalt natuurlijk maar wat graag het argument aan dat ze nergens in Gent nog een oppervlakte van 14 ha kan vinden; maar dat is ook helemaal niet nodig, en zeker niet om haar dienstverlening in Gent op peil te houden of te verbeteren.
En dit is natuurlijk de strategie van De Lijn om Wissenhage te mogen inpalmen, ook al zijn er daar beschermde dier- en plantensoorten gevonden: de enige kans voor De Lijn om op Wissenhage een bouwvergunning te krijgen is "aan te tonen" dat er absoluut geen alternatieven zijn. Juist daarom wil De Lijn niet ingaan op voorstellen om een kleinere, of enkele kleinere alternatieven te zoeken op reeds verharde ondergrond.

 

Waarom onderstaande niet verder uitwerken?

De Lijn weigert om naar kleinere locaties uit te kijken, en af te stappen van hun 25 jaar oude wensdroom van 1 grote prestigieuze stelplaats. Nochtans kan dit wel. In andere steden gaat De Lijn wel voor meerdere kleinere locaties, bv. een nieuwe stelplaats in Deurne luchthaven (± 3 ha) en een onderhoudscentrum in Rumst (± 1,9 ha). Die 2 locaties zijn ter vervanging van de oude stelplaats Zurenborg. Bovendien staan er nog 2 andere locaties rond de stad in Antwerpen in de steigers.

Als je niet zoekt naar kleinere alternatieven zal je ze natuurlijk ook niet vinden. Het is ook niet aan de burgers om alternatieven aan te reiken, dat is wel de plicht van de "bouwheer".

Een greepje uit mogelijke alternatieven

Alle beetjes helpen, maar je moet willen - onder het viaduct
 
De gemiste kansen op de Arsenaalsite
 
Opleidingscentrum Syntra in Afsnee
 
Industrieweg 112 Wondelgem
 
Langerbruggekaai 4
 
Savaanstraat 1 in De Pinte/Nazareth (11 hectare)
 
Daasdonk 6 in Evergem
 
Grote Baan 251 Lievegem
 
Terrein van de oude Opel garage Regniers

 

Alle beetjes helpen, maar je moet willen, onder het viaduct van de E17 in Gentbrugge

We willen hier toch enkele elementen voorstellen waarmee de druk op extra plaats kan verminderd worden, maar die De Lijn tot op heden weigert verder te ontwikkelen.

Eén van de redenen die De Lijn opgeeft waarom ze zoveel nieuwe stelplaats moeten hebben is de bewering dat ze na 2028 geen bussen of trams meer mogen stallen onder het viaduct van de E17 in Gentbrugge (langs de Korte Magerstraat, de Magerstraat en de Driebeekstraat).

Momenteel worden daar al heel wat bussen gestald onder het viaduct van de E17. Daar gebruikt men nu bv. het deel van aan de Braemkasteelstraat tot aan het Luzulapad (een lengte van 300 meter met een breedte van 25 meter). De huidige bussen (ook de gelede bussen) rijden daar momenteel vlot in en uit. Daar is nog extra ongebruikte 140 meter ruimte vrij tot aan het Lieveheersbeestjespad. Dat is dus ook overdekt en verhard.

De Lijn zegt dat ze slechts een omgevingsvergunning hebben tot 2028 om daar trams en bussen te stallen. Het is volslagen onduidelijk waar die einddatum op slaat want in de openbare inforondes over eventuele alternatieven voor de doorgang van de E17 door Gent is duidelijk gebleken dat het viaduct daar zeker nog 20 jaar gebruikt zal worden en dat het nog helemaal niet duidelijk is of het daarna niet meer gebruikt zal worden (en zelfs als het niet meer voor autoverkeer zou worden, dat viaduct hoe dan ook zou afgebroken worden).

Hier moet dus opnieuw met het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) onderhandeld worden om dat verder te mogen gebruiken. Het AWV valt trouwens, net als De Lijn, onder de bevoegdheid van dezelfde Vlaamse minister voor Mobiliteit (vroeger Lydia Peeters, momenteel Brouns). Hier moet De Lijn dringend eens opnieuw onderhandelen met ANW en de minister van mobiliteit.

De Lijn zegt ook dat de Stad Gent dwars zou liggen om de ruimte onder het viaduct langer te gebruiken, omdat men onder het viaduct een extra "portaal" zou willen maken naar de Gentbrugse Meersen. Filip Watteeuw bevestigde dat er plannen zijn om een extra portaal tot de Gentbrugse Meersen wil maken, maar dat dit een eventuele stalling helemaal niet hoeft te verhinderen.

Verder zegt De Lijn dat ze ook geen toelating zouden krijgen om daar elektrische bussen onder te stationeren, vanwege het brandgevaar. Eigenaardig genoeg voorziet De Lijn in hun eigen nieuwe plannen om de elektrische bussen toch weer onder een dak te plaatsen (met daar bovenop een parkeerplaats voor de werknemers van De Lijn). Onder dat nieuwe dak in Wissenhage dak is drie keer minder vrije ruimte voorzien dan onder het viaduct onder de E17. We begrijpen dan ook niet waarom het in de nieuwe stelplaats wel zou kunnen en onder het viaduct niet.
Ondertussen zien we ook zelfs meer en meer ondergrondse parkeergarages waar zelf laadstations voor auto's geïnstalleerd worden (bv. in de ondergrondse parkeerruimte bij Dok Noord).

De Lijn zegt af te willen van het stallen onder het viaduct omdat ze die ruimte daaronder niet bewaken. Maar de nieuwe stelplaats zouden ze dan weer wel bewaken. Waarom kan dat niet onder het viaduct?

De Lijn zegt dat ze op termijn de stelplaats in Gentbrugge willen renoveren. Dat kan en mag goed zijn, maar De Lijn stelt daarbij dat ze door de Stad Gent, bij de renovatie, delen van de stelplaats van Gentbrugge zullen moeten ontharden. Waarbij De Lijn dan toegeeft dat ze, om te ontharden op de ene plaats, ergens anders (dus op Wissenhage) groene grond gaan verharden. Filip Watteeuw zegt dat dit niet klopt en dat het nooit de bedoeling kan zijn dat ontharden op de ene plaats, verharding op een reeds onverharde zone zou veroorzaken.

Een andere reden die De Lijn aanhaalde om per se niets meer te stallen onder het viaduct is dat het een "brokkelviaduct" is. Dat is ondertussen (reeds in 2023) wel degelijk hersteld en zou terug voor 20 jaar functioneel zijn. Meer nog: schepen voor Sport (Sofie Bracke) laat door Farys in 2024 zelfs onderzoeken of de ruimte onder dat viaduct gebruikt kan worden om er een skatepark in onder te brengen. Jongeren zouden daar wel mogen onder skaten maar een tram of bus zou daar niet mogen onder staan? Zijn jongeren dan minder waard dan bussen of trams?

In december 2023 werd zelfs een stedelijke sporthal gebouwd onder het viaduct van de B401 (de Fly-Over), aan de Hundelgemsesteenweg (officieel ingehuldigd op 21/1/2024), dus daar kan er wel nog gebouwd en gespeeld worden onder een viaduct, waarom dan geen trams of bussen onder stallen?

Plotseling wel nieuwe ontwikkelingen onder het viaduct

Nadat de extra ruimte onder het viaduct er jaren ongebruikt bleef liggen, worden er nu ⚊(plotseling?)⚊ wel allerlei activiteiten opgezet om die ruimte te gebruiken (en uiteraard dan niet meer vrij te houden voor een eventuele uitbreiding voor De Lijn). De Gentse vzw Sportaround mag het stuk grond tijdelijk beheren van de Stad Gent en het Agentschap Wegen en Verkeer. Er is zelfs al stabilisé gegoten (zie De Gentenaar van vrijdag 16 augustus 2024).
Het is zeer merkwaardig dat in de gesprekken die we hadden met Filip Watteeuw hier nooit iets over meegedeeld werd. En nu kan dit allemaal heel snel?

 

De gemiste kansen op de Arsenaalsite

Het "Arsenaal" is een voormalige, zeer grote, herstelplaats voor goederenwagons in Gentbrugge, en daar was destijds ook een station voor personenvervoer op gesitueerd. En dat op nauwelijks 400 meter van de ingang van de bestaande tramstelplaats en langs de Brusselsesteenweg waar reeds een tramspoor loopt.

De Lijn zegt over de Arsenaalsite: "De optie Arsenaalsite is verkend geweest, maar door de vele onduidelijkheden zoals bijvoorbeeld de voorkeursbestemming van de stad Gent (wonen en stedelijke functies, beschikbaarheid van het terrein, vervuilingen) werd dit niet als een valabele locatie beschouwd." (Tram- en busstelplaats en onderhoudscentrum Wissenhage te Gent (Ontwerp project-MER 2022) blz. 84).
Hier schuift De Lijn dus de schuld o.a. bij de Stad Gent.

Later (wanneer de NMBS plots veel meer geld wou binenrijven voor de Arsenaalsite) besliste de NMBS om het terrein openbaar te verkopen aan de hoogste bieder. Toen wilden of konden De Lijn, noch de Stad Gent, de provincie of Vlaanderen, voldoende geld op tafel leggen om de Arsenaalsite geheel of gedeeltelijk te kopen van de NMBS.

De Stad Gent heeft echter alsnog wat te zeggen over hoe die site ingedeeld zal worden. Waarom dan niet aandringen om een deel daarvan te gebruiken als stelplaats?

Volgens onze info zou daar nog 4 ha beschikbaar zijn, geschikt voor stelplaatsen en onderhoudscentra (zowel voor trams en bussen).

 

Opleidingscentrum Syntra in Afsnee

Vlaanderen heeft dit te koop gesteld. Het opleidingscentrum Syntra verkoopt zijn schoolgebouw naast de E40, zie bv het artikel in De Gentenaar: https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20240604_94565829

"Het opleidingscentrum Syntra verkoopt zijn schoolgebouw naast de E40, op een twee hectare groot terrein inclusief weiland. Je moet er wel zeven miljoen euro voor neertellen."

Meer dan groot genoeg om er bv. een stelplaats voor bussen van te maken, eventueel zelfs een onderhoudscentrum voor de bussen.
Ondertussen heeft Gent daartegen protest aangetekend omdat dit in een overstromingsgevoelig gebied ligt. Benieuwd hoe de huidige eigenaar daarvan zal denken. Door te verbieden dat daar nog een gebouw op komt, keldert natuurlijk de waarde van dat terrein. Gaat Gent dit terrein dan onteigenen?
Maar nogmaals, het is niet aan ons om alternatieven aan te bieden; De Lijn moet haar huiswerk zelf maken.

 

Leegstaande/verwaarloosde bedrijfsgebouwen aan de Industrieweg 112 te Wondelgem

1,4 ha, geschikt als stelplaats voor bussen of onderhoudscentrum voor bussen.
Maar nogmaals, het is niet aan ons om alternatieven aan te bieden; De Lijn moet haar huiswerk zelf maken.

 

Langerbruggekaai 4

4,1 ha, geschikt als stelplaats voor bussen of onderhoudscentrum voor bussen.
Maar nogmaals, het is niet aan ons om alternatieven aan te bieden; De Lijn moet haar huiswerk zelf maken.

 

Savaanstraat 1 in De Pinte/Nazareth (11 hectare)

In de Savaanstraat 1, in De Pinte-Nazareth, naast de E17 en de N60, is een bedrijventerrein beschikbaar van 11,2 ha groot. Zeer geschikt als onderhoudscentrum voor bussen. De rest van het terrein kan nog voor andere doeleinden gebruikt worden.

 

Daasdonk 6 in Evergem

3,4 ha, geschikt als stelplaats voor bussen of onderhoudscentrum voor bussen.
Maar nogmaals ..., het is niet aan ons om alternatieven aan te bieden; De Lijn moet haar huiswerk zelf maken.

 

Grote Baan nr. 251 Lievegem, aan de N9

Op de Grote Baan nr. 251 in Lievegem, aan de N90, liggen bedrijfsgebouwen op een oppervlakte van 3,5 ha (bron: lijst van leegstaande en verwaarloosde bedrijfsgebouwen).
Geschikt als stelplaats of onderhoudscentrum voor bussen.

 

Vroegere Opel-garage Regniers in de Brugsepoortstraat

Brugsepoortstraat, centrum Gent, 0,4 ha.
Ligt op 50 meter van bestaande tramsporen. Geschikt als stelplaats tram/onderhoudscentrum (naar voorbeeld van Grotehondstraat Antwerpen).

 

Subsidies om te ontharden gebruiken om niet te verharden

Gent krijgt 5 miljoen Europese subsidies om stad sneller te ontharden en te vergroenen, zie desnoods: vrt-nws

Waarom kan dit geld niet gebruikt worden om te vermijden dat onverharde percelen toch nog verhard worden? Misschien kan dit geld gebruikt worden om De Lijn een eerlijke prijs terug te geven voor Wissenhage en dan kan de stad Gent Wissenhage tot natuurgebied laten uitroepen.

 

Een veel te duur en risicovol project


Bouwen op Wissenhage brengt naast het verlies van fauna, flora, buffers tegen hitte, droogte en wateroverlast, ook extra kosten en veel risico's met zich mee. Daarom is het extra onverstandig om hier gemeenschapsgeld aan te besteden.

 

Instabiele ondergrond


Stel- en werkplaatsen voor bussen en trams bouwen vragen een zeer stabiele ondergrond. Die is er in Wissenhage dus niet. Het gaat hier over oude meersen, moeras, vegetatielagen met sterk humeuze basis, en veengebied. Volgens gekende grondsonderingen moet er rekening gehouden worden met de aanwezigheid van geroerde en weinig weerstandbiedende lagen. Daarom kunnen we aannemen dat voornamelijk paalfunderingen zullen toegepast worden. Alle bestratingstypes zullen een dikte hebben van ca. 45 tot 50 cm (onderfundering, fundering en verharding) mits de ondergrond voldoende draagkrachtig(bron Nota Gent Gaardenierspad Stelplaats De Lijn). In een vooronderzoek voor de vorige bouwaanvragen blijkt dat er veenlagen aanwezig zijn tussen de 40 cm en 2 meter dik. Het verlagen van het grondwater om hier te kunnen bouwen kan maken dat deze lagen verdrogen en gaan krimpen. Zulke 'veenverzakkingen' kunnen nefaste gevolgen hebben. Bovendien slaat het natte veen ± 30 keer meer CO2 op dan tropisch regenwoud, en dit komt vrij bij uitdrogen van de lagen. Waarom werd dit niet meegeteld in de koolstofbalans van het laatste MER?

De Lijn weet nu al dat ze talloze palen meters diep in de grond gaan moeten boren/construeren om daarboven trams en bussen dagelijks te laten rijden (uit de infodag van 30-9-2023). Uiteraard zal dat een stevige meerkost met zich meebrengen.

 

3 oude bomen verplaatsen?


Om de trams vanop de brug over de Nieuwevaart toegang te geven tot de Blaisantvest moeten er op de Blaisantvest 3 grote bomen verplaatst worden. Ook dat zal een serieuze kost met zich meebrengen zonder garantie dat de verplaatste bomen het nog zullen halen.

Naast al die kosten blijft ook het risico bestaan om de bestaande natuur volledig teniet te doen door de door De Lijn voorgestelde grondwatersanering.
De grondwatersanering zoals die door De Lijn gepland wordt, omvat het injecteren van 96.000 kg natriumpersulfaat in de bodem. Dit zal gebeuren na het rooien van alle bomen op de saneringslocatie (en bij uitbreiding op de bijna volledige site, om het terrein bouwrijp te maken). In het door De Lijn verstrekte document over deze sanering fase 2, wordt belangrijke bodemkennis verzwegen, met name de ruime aanwezigheid van (natte) veen- en vegetatielagen in de bodem. Deze kennis wordt nochtans wél duidelijk beschreven in een voorafgaande (onafhankelijke) archeologienota (zie o.a. tabellen achteraan). De Lijn verwijst nota bene zelf naar dit onderzoek in het MER van de stelplaats.
In het saneringsdocument staat dat het BATNEEC-principe wordt toegepast, en wordt een goede bodemkennis absoluut noodzakelijk geacht, naast het bepalen van de 'bodemvraag', om te verzekeren dat de gekozen saneringsvariant voldoende effectief is. Er staat in de nota expliciet vermeld dat het reagens (= geïnjecteerde stof) in hoge mate verbruikt zal worden bij contact met organisch materiaal zoals veen, vegetatie of humus in de bodem.
Het ontbreken (of negeren) van de juiste bodemkennis maakt de selectie van deze saneringswijze illegitiem. De mogelijk zeer grote CO2-impact van het aantasten van deze organische lagen (t.g.v. reactie met het natriumpersulfaat) wordt niet vermeld in de saneringsnota, noch in de CO2-balans van het gehele project (door rechtstreekse aantasting en/of onrechtstreekse aantasting t.g.v. verdroging na verharden van de site).
M.a.w. De Lijn staat op het punt om een groot deel van deze natuur (boven- en ondergronds) snel te vernietigen.

 

Olie- en andere lekken


Eén van de meeste voorkomende defecten (zoniet het meest voorkomende) aan een bus zijn het lekken van koelvloeistof. Alle types bussen zijn hier zeer gevoelig aan want het koelcircuit is zeer uitgebreid (zowel bij diesel als hybride en elektrische bussen).
Op de huidige busstelplaatsen (Destelbergen en Gentbrugge) gebeurt het bijna dagelijks dat er ernstige olie- of koelstoflekken optreden bij de gestalde bussen. Bij zeer grote lekken (gelukkig slechts gemiddeld 1 keer per jaar) moet zelfs de brandweer vervuilende vloeistoffen komen ophalen.
Wanneer lekken zouden gebeuren op bv. waterdoorlaatbare grasdallen dan is het duidelijk dat de olie- en/of andere vloeistoffenverliezen hoe dan ook in de ondergrond verdwijnen en niet meer tegen te houden zijn en op die manier de ondergrond en het grondwater van die stelplaatsen voortdurend vervuilen. M.a.w. om dit tegen te gaan moet men feitelijk de volledige parkeerplaats en de rijstroken voor de bussen volledig verharden. Dat volledig verharden gaat dan ook weer de vroegere insijpeling (infiltratie) van regenwater tegen, waardoor dan weer de onderliggende grondlagen gaan verdrogen (met alle gevolgen voor de stabiliteit en het vrijkomen van CO2 uit de organische ondergrond en de veenlagen, zie hoger).
M.a.w. een "groene" stelplaats is een illusie, want de goedbedoelde 'groene' ingrepen kunnen in dergelijk geval andere milieuincidenten uitlokken.

 

Onzekerheid of de geluidsnormen en maximale trillingshinder gerespecteerd kunnen worden


Momenteel steunt De Lijn zich op een theoretische studie (zie hoger) waaruit zou blijken dat de buurtbewoners van de appartementen aan "De Nieuwe Molens" in de Gasmeterlaan en de huizen aan de Blaisantvest aan net geen extra dB geluidsoverlast zouden blootgesteld worden. Wat als na de bouw van de stelplaats blijkt dat dit in de realiteit niet gehaald kan worden? Neemt De Lijn hier niet een al te groot risico?

 

Onzekerheid of er ooit voldoende personeel zal gevonden worden


Momenteel heeft De Lijn problemen om alle lijnen volwaardig te bedienen wegens chronisch gebrek aan personeel en de komende vergrijzing van het personeel (zie bv. artikel in het Nieuwsblad) of artikel in Het Laatste Nieuws) net als bv. ook de NMBS momenteel onvoldoende personeel vindt om hun geplande uitbreiding van de dienstverlening te realiseren (en nog veel andere bedrijven ondertussen).
Het is dan ook maar de vraag of De Lijn in de toekomst zelfs genoeg personeel zal vinden voor de bestaande dienstregeling, laat staan voor een eventuele uitbreiding.

 

Alternatieve aanpak


Allereerst moet De Lijn de echte nood aan extra plaats cijfermatig aantonen, en dat duidelijk gekaderd in een toekomstplan dat per 5 jaar realistisch vooruitkijkt tot 2050.
Eerder hebben we al elementen aangehaald waaruit mag blijken dat De Lijn zeker met minder extra ruimte goed en functioneel verder kan. Misschien moet De Lijn ook eens nagaan of ze hun bussen ook niet in verdiepingen kunnen stallen zoals bv. in parkeergarages. Op die manier kan je ook heel wat op de nodige oppervlakte besparen.

We vinden dat de overheid (de stad Gent, de provincie Oost-Vlaanderen of het gewest Vlaanderen) Wissenhage en het laatste stukje biologisch erfgoed van de Wondelgemse Meersen mag/moet terugkopen van De Lijn, en dit aan een faire, marktconforme prijs. Vlaanderen kan op die manier die gronden dan definitief tot groengebied verankeren (via een aangepast RUP (Ruimtelijk UitvoeringsPlan)) en er eindelijk een degelijk natuurbeheersplan laten voor opmaken. De Lijn kan dan met het gerecupereerde geld op zoek naar enkele kleinere reeds verharde gebieden in of dichtbij Gent.

De financiële middelen daarvoor kunnen eventueel gehaald worden uit de extra 50 miljoen euro die Vlaanderen via de laatste begrotingsovereenkomst (september 2023) voor milieu voorziet, of uit het fonds dat bestemd is voor de terugkoop van watergevoelige gebieden die nu een bestemming hebben als woonuitbreidingsgebied, KMO-zone of recreatiegebied, om ze om te zetten tot bouwvrij openruimtegebied. Die herbestemming is onderdeel van de bouwshift, die streeft naar minder verharding van de grond, zodat het water erin kan (blijven) doordringen (totaal budget van 70 miljoen euro).

 

Ontdubbelen van het bestaande tweerichtings fiets- en voetpad


De reeds gebouwde trambrug over de Nieuwe Vaart kan best omgezet worden naar "openbaar domein", zodat de bestaande fiets/voetgangersbrug ontdubbeld kan worden. De breedte van de huidige fiets/voetgangersbrug voldoet al helemaal niet meer aan de huidige normen voor fietspaden alleen (zie het Vademecum Fietsvoorzieningen van het Agentschap Wegen en Verkeer Hoofdstuk Maatvoering ). Omdat die brug momenteel al heel intensief gebruikt wordt en het op spitsuren daar echt onveilig wordt (cfr de laatste tellingen van het aantal bewegingen op fietspaden in Gent: de Gaardeniersbrug rondde in 2023 de kaap van 1 miljoen fietsers per jaar) dringt een ernstige aanpassing zich op. Trouwens, eenmaal het laatste deel van de oude UCO-fabriek aan de Getouwstraat gerenoveerd zal zijn, worden er daar nog veel meer fietsers en voetgangers verwacht.
De huidige rijbreedte van de gecombineerde fietsers- en voetgangersbrug is (berekend volgens de normen van Vlaanderen, zie hoger) dan 2,90 meter van leuning tot leuning  —  (2 x 0,5 meter) (de schutsafstand ten opzichte van de leuningen) = 1,90 meter. Aan het begin en het einde staat in het midden nog eens een paal van 20 centimeter diameter, wat de doorgang voor 1 richting dan terugbrengt op 90 cm).

De voorziene minimum vrije breedte voor een tweerichtingsfietspad met dergelijke intensiteit is 4 meter. M.a.w. Het huidig fietspad is al veel te smal, en dan worden daar ook voetgangers over gestuurd.

De onafgewerkte en ongebruikte trambrug is 6,30 meter breed, — (2 x 0,5 meter) schutsafstand => 5,30 meter vrij voor een tweerichtingsfietspad. Laat het duidelijk zijn dat de "fietsstad Gent" deze brug echt wel mag gebruiken om het fietspad en het voetpad van elkaar te scheiden.

 

Omkopen van de buurtbewoners (of de pil "vergulden")


In diverse, door België geratificeerde internationale akkoorden (bv. de Aarhus-conventie), wordt aangedrongen op het belang van burgerparticipatie als het om grote projecten gaat met impact op natuur of milieu. Dit houdt in dat burgers reeds in het beginstadium van zulke projecten moeten betrokken worden, als nog alle opties open liggen en er doeltreffende inspraak mogelijk is.
Dit is in dit dossier absoluut niet gebeurd.

De Lijn voert daarentegen nu wel —nota bene in samensprrak met de Stad Gent en Natuurpunt—een charmeoffensief om hun gewenste stelplaats in Wissenhage door de buren te laten slikken en op die manier de weerstand tegen het inpalmen van Wissenhage te verminderen.
Zo wil De Lijn de 1,4 hectare grond die ze deels in bezit heeft aan de Buitensingel en de Hurstweg —waar ze oorspronkelijk het oefenterrein voor bussen wilden op bouwen, maar na verzet van de buren van afgezien hebben— in beheer geven van Natuurpunt. De Lijn heeft de buren op 26 oktober 2023 "inspraak" willen geven voor de inrichting van dat terrein. Dit was wel een heel doorzichtig trucje om in totaal 2,7 hectare (samen met de Stad Gent, die trouwens nog de helft van dit stuk in eigendom heeft) te "vrijwaren" om er langs de andere kant 14 hectare bestaand groen in te palmen. Opgelet: op de website van De Lijn staat letterlijk: "We beslisten om voor het oefenterrein, dat gepland was ten noorden van de spoorweg, op zoek te gaan naar een andere locatie. Deze site, tussen de Hurstweg en de spoorweg zal bij de vergunning en de bouw van de nieuwe stelplaats omgevormd worden tot een toegankelijk stukje groen voor de buurt". Dit betekent dat de aangekondigde omvorming tot een toegankelijk stukje groen voor de buurt, afhangt van de toegestane vergunning en de bouw. M.a.w. als De Lijn de vergunning voor Wissenhage niet krijgt, dan komt de omvorming tot een stukje groen voor de buurt er ook niet, en kan De Lijn nog altijd dat stuk opnieuw verkopen en zo mogelijk maken dat er een andere koper komt opdagen (maar die mag daar dan ook maar dingen mee doen die onder de noemer "gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut" vallen, en dat zal dan evenveel protest van de buren uitlokken).

In "Snep" (nr. 2 van 2024), het tijdschrift van Natuurpunt staat een —door niemand ondertekend— opiniestuk "Stelplaats De Lijn in Wondelgem - Ons Standpunt". Daarin wordt de noodzaak van 1 super grote stel- en herstelplaats voor trams en bussen niet eens in vraag gesteld. Maar Natuurpunt geeft in dat artikel dan wel aan dat: "Een mooi en groen stuk groen gaat verloren, in een wijk waar meer groen net welkom is."
Moeten we hieruit concluderen dat het vooruitzicht op het gratis beheer van 2,7 hectare, Natuurpunt haar principes even vlotjes opzij doet schuiven? Des te meer wanneer Natuurpunt enkele weken later in een memorandum de Gentse politici oproept tot een veel actiever groenbeleid met o.a.:

Begrijpe wie kan! Ondertussen liet Natuurpunt op hun debat van donderdag 26 september 2024 wel verstaan dat ze het alternatievenonderzoek voor Wissenhage onvoldoende en te weinig transparant vinden (voorstschrijdend inzicht?).

Over de "workshop" stelt De Lijn op haar webpagina: "In oktober 2023 werd een workshop georganiseerd met de buurt: zo verzamelden we hun ideeën voor de invulling van de plek."
In realiteit verschenen er slechts 2 bewoners van de Bloemekenswijk, 1 van Wondelgem, 1 van Meulestede, 1 van de Rabotwijk en 2 mensen van een vzw van de Brugse poort.

 

Wat kan en moet er dan wel?
(samengevat)


  1. De echte nood aan extra ruimte voor De Lijn in Gent, moet herbecijferd en zwart op wit aangetoond worden. De Lijn heeft in Gent geen nood aan één grote "prestigieuze" (dixit Lydia Peeters) stelplaats voor Gent en de ruime regio, maar aan meerdere kleine "functionele" stelplaats(en) en/of onderhoudscentrum voor Gent.
     
  2. Verder moet er afgestapt worden van de voorgestelde combinatie van stel- en herstelplaatsen voor trams en bussen op één en dezelfde locatie. De Lijn moet echt uitkijken naar 1 of meerdere kleinere alternatieve reeds verharde locaties.
     
  3. De Lijn moet ook opnieuw gesprekken aangaan met het AWV (agentschap wegen en verkeer) en de Stad Gent om een verlenging van het gebruik van de stelruimte onder het E17-viaduct te bekomen, en die ruimte nog maximaler te gebruiken.
    Wij willen in het kader van openbaarheid van bestuur wel eens zwart op wit de meest recente vraag van De Lijn hierover aan het AWV zien, en de officiële motivatie van het AWV om die verlenging te weigeren.
     
  4. De Lijn moet voor de gronden die ze niet kan/zal/mag gebruiken in Wissenhage en de Wondelgemse meersen een marktconforme prijs terugbetaald krijgen. De Vlaamse overheid kan uit de extra middelen die voorzien zijn voor milieu en voor het beschermen van watergevoelige zones, de gronden van De Lijn in Wissenhage aan een faire prijs terugkopen en die gebieden dan eindelijk definitief als groenzone inkleuren.
     
  5. De overheid moet daar bovenop nu al dringend maatregelen treffen om het aantal hittedagen in de bedreigde wijken rond Wissenhage onder de norm te houden.

Tegelijk vinden we ook dat De Lijn best meer werkings- en investeringsmiddelen mag krijgen van de Vlaamse overheid. Wij zijn dus helemaal niet tegen beter openbaar vervoer; integendeel, openbaar vervoer is de oplossing voor veel problemen. Minder luchtvervuiling en meer verkeersveiligheid, een beter gebruik van de publieke ruimte, vervoersarmoede tegengaan, uitstootvrije mobiliteit. Degelijk openbaar vervoer is van ontzettend groot belang, zowel om sociale als om milieu- en klimaatredenen. Maar evenzeer voor deze milieu- en klimaatredenen gaan we ervan uit dat bestaande groene oppervlaktes met beschermde soorten inpalmen ⚊wanneer het niet echt nodig is⚊ geen goede optie is, en al zeker niet passend voor een publieke organisatie die zelf duurzaamheid wil uitstralen.

Gebieden als Wissenhage, met spontaan verwilderde natuur, zijn op ecologisch vlak goud waard en zouden definitief moeten omgezet worden in beschermde natuur. Daarbij gaan voor zero interventie (hoogstens verwijderen van exoten) en een beperkte menselijke toegankelijkheid (bv. een houten knuppelpad en een schuilhut voor observaties).

We zagen hierin een uitgelezen mogelijkheid om op hoog beleidsniveau tot een gedragen oplossing te komen tussen alle rechtstreekse stakeholders (De Lijn als organisatie, de gebruikers van De Lijn, de natuur en de mensen van de omliggende wijken van Wissenhage) en de verschillende politieke partijen die hiermee kunnen aantonen dat echt samenwerken over politieke grenzen en niveaus heen, kan lonen voor iedereen.

Waarom kunnen de huidige beleidsmensen niet gewoon toegeven dat een beslissing van 20 jaar geleden in de huidige context met alle nieuwe inzichten niet meer te verdedigen valt.

Welke politicus of politica neemt hiertoe het initiatief?

Graag ook deze leestip voor het Gentse, Oost-Vlaamse en Vlaamse beleid: neem eindelijk eens de aanbevelingen van de eigen Hoge Gezondheidsraad van 2021 ter harte. Zie
GREEN AND BLUE CITIES: NATURE AND HUMAN HEALTH IN AN URBAN SETTING.

PS 1.

In maart 2024 werden meer dan 1245 bezwaarschriften tegen die bouwplannen ingediend.
Echter, nog vooraleer de einddatum voor het indienen van bezwaarschriften verstreken was (9 maart 2024), gaf de stad Gent op 7 maart 2024 al een positief advies (dus zonder kennis te nemen van de bezwaren van hun eigen inwoners)!

PS 2.

Begin april 2024 diende De Lijn opnieuw een wijziging van hun bouwaanvraag in (de derde aanvraag op 2 jaar)! Voor zover we weten zijn daar alleen technische wijzigingen aangebracht op vraag van Farys en werd er op geen enkele manier tegemoet gekomen aan de ingediende bezwaren van de buurtbewoners. We hebben dan ook expliciet gevraagd dat de eerder ingediende bezwaarschriften geldig zouden blijven.

PS 3.

Sedert 7 mei 2024 werden er weer werkzaamheden op Wissenhage gestart. Het gaat om zogezegde testen ivm saneringswerken (die we 2 jaar geleden al eens verhinderd hebben via een bezwaarschrift).
Ook nu weer lijkt dit een sterk verhaal (zie eventueel vrt-nws Voorbereidingen nieuwe stelplaats De Lijn in Gent begonnen).
Nog geen week nadat bekend werd dat er zeker 39 beschermde diersoorten leven op Wissenhage (waaronder verschillende salamandersoorten) en dat Wissenhage nog heel veel kenmerken van een oermoeras heeft, gaat men daar een gans palet oxiderende korrels en ongeveer 10 m3 blauwe vloeistoffen in de ondergrond spuiten.

Ook nu weer ziet het er naar uit dat deze werken niet wettelijk toegestaan zijn.
De Lijn schermt met een "Conformiteitsattest" van OVAM, maar daar zijn 2 grote problemen mee.

  1. OVAM gaf hiervoor toelating omdat er "zogezegd" geen bezwaren ingediend werden. Nochtans is per aangetekend schrijven van 26 augustus 2022 daartegen wel een bezwaar ingediend. De einddatum om dat bezwaar in te dienen lag op 28 augustus 2022. Wie bij OVAM heeft zijn post dan niet tijdig gelezen?
     
  2. In de toelating van OVAM staat dat de bedoelde bodemsaneringswerken aangevat moesten worden vóór 30 juni 2023. Met de aanvang op 7 mei 2024 is De Lijn ondertussen ruim 9 maand voorbij die datum. M.a.w. hierdoor verviel die toelating. Maar daar moet De Lijn zich blijkbaar niet aan houden en moet de actiegroep Bloemekenswijkbos opnieuw een rechtszaak aanspannen (en dat kost natuurlijk ook weer geld).

Hoe krijgt De Lijn, als opdrachtgever van deze werken, het in zijn/haar hoofd om net in dit seizoen dat aquatisch milieu aan te pakken, in een periode waar de meeste dieren net eieren of jongen hebben?

Ter info: eventuele saneringswerken zouden geheel los staan van het feit of De Lijn al dan niet een bouwvergunning krijgt, maar staan blijkbaar ook helemaal los van de recente bevestiging van de natuurwaarde van dit gebied.

Kort verslag procedure in kortgeding van vrijdag 31 mei 2024

De advocaat van De Lijn beweert daar bij hoog en laag dat er GEEN werkzaamheden doorgingen op Wissenhage; dat waren alleen "voorbereidende testen" voor de echte saneringswerken.
Hoogst waarschijnlijk is die advocaat nooit zelf gaan kijken op Wissenhage want er bestaan wel degelijk verschillende foto's van wat daar gebeurde.

De rechter stelde zelf snel voor om overeen te komen dat er geen werken meer mochten gebeuren op Wissenhage tot wanneer er een definitieve uitspraak is over deze zaak. Het materieel dat ter plaatse staat mag wel nog weggehaald worden.

Op zich een goede zaak ter bescherming van de natuur op Wissenhage maar toch zullen we waakzaam moeten blijven: De Lijn beschouwt "voorbereidende testen" dus nog altijd niet als "werken". Een kwestie van zich bij voorbaat juridisch te willen indekken. M.a.w. iedereen zal attent moeten blijven!

PS 4.

In het antwoord van Filip Watteeuw op de mondelinge vragen van Sonja Welvaert over de recentste ontwikkelingen op Wissenhage kunnen we het volgende halen.
Op zich is het ook niet verwonderlijk dat er op een dergelijk groot gebied, dat gedurende decennia niet werd gebruikt, een natuurontwikkeling plaats vindt. Het zijn waarden, die ik ook belangrijk vind. Als ecologist doet het me natuurlijk pijn aan het hart, dat dit gebied verdwijnt. ...
Daar tegenover staat wel dat stad Gent veel initiatieven heeft genomen om natuurontwikkeling mogelijk te maken. ...
maar natuurlijk is dit geen troost voor de buurtbewoners.

Met andere woorden, de stad Gent erkent hiermee het verlies aan woonkwaliteit voor de buurtbewoners.

Verder wordt geargumenteerd dat Watteeuw slechts op 1 mei (via de pers) de onderzoeksresultaten van de biologiestudenten van de UGent vernam. De stad Gent moest ten laatste op 10 mei een nieuw advies geven aan het Vlaams gewest. Blijkbaar was het onmogelijk voor de stad om zich op 9 dagen tijd verder te informeren (de snelheid van een bevlogen ecologist of een alert kabinet?), en dus toch weer een positief advies geven over dit project.

 

Recentste info

 

21-01-2025   Behandeling ten grondevoor de Raad voor Vergunningsbetwistingen vastgelegd op 13 februari 2025

24-10-2024   Vragen in de comissie mobiliteit vd Vlaamse regering

23-10-2024   Vraag op de provincieraad

21-10-2024   Debat op de gemeenteraad

18-10-2024   Bouwvergunning van De Lijn geschorst

15-10-2024   Meteen veel meer omgevingsgeluid aan de oostkant van Jan Yoens na de kap

14-10-2024   Twee maten en twee gewichten

09-10-2024   Dringende vraag tot schorsing van de werken op het Bloemekenswijkbos bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen

12-09-2024   Verzoekschrift tot schorsing en nietigverklaring van de bouwvergunning

28-07-2024   Zuhal Demir verleent de toelating om te bouwen en te exploiteren

28-07-2024   Verslag tweede zitdag in kortgeding om werken stil te leggen op Wissenhage

21-06-2024   Bezetting van het bos - Wondelmeersen bezet

 

Behandeling "Ten gronde" voor de Raad voor Vergunningsbetwistingen vastgelegd op 13 februari 2025

Het Vlaams Gewest (met als minister van mobiliteit Annick De Ridder (NVA)) en De Lijn hebben na de schorsing van de werken door de Raad voor Vergunningsbetwistingen, toch nog een behandeling "Ten gronde" geëist. Deden ze dat niet dan zou de toegekende bouwvergunning automatisch vernietigt worden.
Op 21 januari 2025 kregen we via onze advocate het bericht dat we opgeroepen worden voor een zitting over de zaak op 13 februari 2025 om 10:30 uur in de zaal Suetens, in het Marie-Elisabeth Belpairegebouw, Toren Noord, in de Simon Bolivarlaan 17, 1000 Brussel.
Hopelijk wordt dan het eerdere vonnis bevestigd.

 

Op donderdag 24-10-2024 werden er in de commissie mobiliteit van de Vlaamse regering vragen gesteld aan Annick De Ridder

Annick De Ridder (nva en o.a. minister van mobiliteit) kreeg een aantal vragen gesteld door Mieke Schauvliege (groen) en Stijn De Roo (cd&v) ivm het politie-optreden tijdens de ontzetting van de bezetters uit het Bloemekenswijkbos en de daaropvolgende kap van de bomen en grondwerken op het terrein.

Mieke Schauvliege en Stijn De Roo vroegen waarom dergelijk grote politiemacht nodig was om 14 bezetters uit te zetten.
Daar wou Annick De Ridder niet op ingaan en werd de verantwoordelijkheid daarvoor helemaal naar burgemeester De Clercq geschoven. De Vlaamse regering was daar niet verantwoordelijk voor en dus wou ze daar niet verder op doorgaan. Maar ze wou dan toch nog de volgende reacties geven.
1) De bezetters en de omwonenden liepen grote risico's omwille van asbest. De locatie was heel sterk vervuild (kinderen zouden daar niet mogen op spelen).
[Opnieuw blijkt dat de minister ofwel slecht geïnformeerd is, ofwel moedwillig liegt. Het uitdrijvingsbevel is uitgevaardigd door een vrederechter die hoogstwaarschijnlijk nooit de "SAMENVATTENDE NOTA - VASTE DEEL VAN DE AARDE -De Lijn - Wissenhage" van TRACTEBEL ENGINEERING N.V. van 3 juni 2020) gelezen heeft, waarin staat dat er op de grond geen verdere sanering meer nodig is. Blijkbaar weet Annick De Ridder hier ook niets van (niet de juiste info gekregen van De Lijn, of ze liegt bewust; beide ontoelaatbaar.]
2) Uitdrijven was zeker nodig omdat nog voor 15 oktober bomen gerooid moesten worden (omwille van de nakende winterslaap-periode).
[Daarvan weten we dat die 15 oktober geen exacte wettelijke limiet is en dat deze soms tot eind oktober mag lopen. Maar tegen dan zou de bouwvergunning van De Lijn al geschorst kunnen zijn, dus toch maar snel eerst zoveel mogelijk kappen.]

Waarom werd er, nota bene door een overheidsbedrijf, niet gewacht met kappen tot er een duidelijke uitspraak was in de beroepsprocedure? Wat was de hoogdringendheid?
Als antwoord werd nogmaals verwezen naar de "einddatum van 15 oktober" en dat De Lijn nu eenmaal een uitvoerbare bouwvergunning had. Er was nu genoeg getalmd, de Vlaamse regering wil dat het nu vooruit gaat (ongeacht of de bouwvergunning later in beroep ook vernietigd wordt). De Ridder was hierbij zeer duidelijk: de stelplaats zal daar komen!
[Hieruit mogen we besluiten dat De Lijn hoogstwaarschijnlijk in beroep zal gaan bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, tegen de schorsing van de werken op Wissenhage.]

Als de bezetters daar niet mochten blijven omwille van de gezondheidsrisico's dan mochten die grondverzettende werken toch ook niet.
Hier kon de minister niet op antwoorden maar ze probeerde nu de stopzetting van de werken voor te stellen als nog gevaarlijker voor de omwonenden want de zo belangrijke sanering van het terrein kan nu ook niet verder gaan.
[Dit verdient de eerste prijs van vooringenomenheid tegen iedereen die het Bloemekenswijkbos wil behouden. Uit bovengehaald rapport blijkt dat de aarde helemaal niet verder gesaneerd moet worden. Er is alleen nog vervuiling van het grondwater, maar zoals in veel andere parken in Gent, is dat geen probleem om de natuur daar zijn gang te laten gaan (Rozebroeken, Bourgoyen, ...). Hier gaat de de minister helemaal de mist in (bewust of door het rookgordijn van De Lijn in deze materie).

Er is onvoldoende uitgekeken naar alternatieven voor de 4 verschillende functies die De Lijn wil samenhouden op Wissenhage.
Hier reageerde De Ridder erg fel op: "De Lijn is al 25 jaar bezig met te studeren, er is nu genoeg gestudeerd, nu moet de spade in de grond".
[Geen enkele indicatie dat ze bereid is om af te stappen van dat ene, grote, prestigieuze (en duur) project, en om eens uit te kijken naar enkele kleinere locaties op reeds verharde ondergrond. We zullen het geweten hebben!]

Mieke Schauvliege wierp ook op dat De Lijn hoogstwaarschijnlijk meteen met het kappen gestart is om zo snel mogelijk de natuurwaarde van het terrein te vernietigen. Daardoor zou het bij een volgende bouwaanvraag veel gemakkelijker zijn om een vergunning te bekomen, want: geen natuur meer over om te beschermen!
De Ridder ontkende dat dit de bedoeling van De Lijn was.
[Tja, het zou nogal straf geweest zijn indien De Ridder dit zou toegegeven hebben.]

Stijn De Roo merkte nog op dat de 30 alternatieven die De Lijn beweert onderzocht te hebben soms al van heel lang geleden zijn, en steeds kaderden in een zoektocht om alles op 1 plaats te centraliseren. Ondertussen is de context al helemaal anders dan 20 jaar geleden en dringt een nieuwe aanpak zich aan. Hij vroeg ook om die vroegere alternatievenonderzoeken publiek te maken.
De Ridder durfde niet meteen de eerdere alternatievenonderzoeken openbaar te maken. Ze zou dat nog eerst moeten laten onderzoeken door haar juristen.
[Van een transparante overheid gesproken. Wat heeft die te verbergen?]
De Ridder herhaalde nog eens dat er geen nieuwe alternatieven meer gezocht moeten worden. "We willen zo snel mogelijk doorstarten. Het is wat het is!
[Dat weten we dan ook!]

Al bij al een betreurenswaardige houding van een minister die in een vorige repliek op vragen ivm de problemen met De Lijn, antwoordde dat: "het onze gezamenlijke verantwoordelijkheid is om te zorgen voor betrouwbare kwalitatieve dienstverlening."
In die "gezamelijke verantwoordelijkheid" vindt ze het wel verantwoord om 14 ha groen op te offeren, in plaats van uit te kijken naar goedkopere kleinere locaties op reeds verharde ondergrond.

 

Mondelinge vraag tijdens de provincieraad (Oost-Vlaanderen) van woensdag 24-10-2024

Bruno Matthys (vooruit) stelde een vraag ivm de toekomst van het Bloemekenswijkbos en een vraag om de bedoelde trambrug om te zetten naar een fietsbrug.

1) Nu de bouwvergunning van De Lijn op Wissenhage geschorst is, kan de Provincie Oost-Vlaanderen Wissenhage opkopen en het definitief als groengebied behouden? Oost-Vlaanderen is trouwens nu al de minst groene provincie van Vlaanderen.

Gedeputeerde Riet Gillis (groen, bevoegd voor onder andere Milieu, Natuur, Klimaat, Energie en Mobiliteit) stelde in haar antwoord o.a. dat:

2) Kan de Provincie Oost-Vlaanderen de gebouwde trambrug overkopen en die brug mee integreren in de provinciale fietspaden / fietssnelwegen?

Ook hiervoor verwijst Riet Gillis eerst naar de stad Gent. De stad Gent moet eerst die brug en dat stuk grond verwerven, en dan kan de provincie mee instappen voor de integratie ervan in het netwerk van fietspaden.

[Opnieuw het spelletje van welke overheid moet hier eerst de buidel opentrekken. Ook hier weer herhalen we de vraag dat de drie verschillende overheden (de stad Gent, de provincie Oost-Vlaanderen en de Vlaamse regering dit dossier samen bekijken en een overeenkomst vinden ivm de financiering ervan.]

Een mooie aanzet van Bruno Matthys om dit dossier ook onder de aandacht van de provincie te brengen. In dit dossier zijn heel wat raakvlakken met de kerntaken van een provincie. Laat de geesten rijpen.
Nu nog enkele mensen vinden die op het niveau van de Vlaamse regering de voordelen van het behoud van het Bloemekenswijkbos benadrukken, op zoek naar een ruime gedragen oplossing voor alle betrokken partijen.

 

Debat in de gemeenteraad van maandag 21-10-2024

Tom De Meester (pvda) stelde enkele vragen over het verloop van de uitzetting van de bezetters van het Bloemekenswijkbos en de daaropvolgende kap van 2/3 van de bomen en het ruimen van grote oppervlaktes struiken en ruig grasland.

Waarom heeft de burgemeester De Clercq (open-vld) de kapwerken niet meteen laten stilleggen?
De burgemeester antwoordde dat hij dat niet kon omdat hij daar geen wettelijke middelen toe had. Dat klopt natuurlijk niet, want het arrest van de Vrederechter waar de burgemeester op steunde om de uitdrijving van de bezetters te bevelen, gaat er juist van uit dat zelfs het "louter betreden" van het domein al gezondheidsrisico's meebrengt voor de betreders en de omwonenden. Dan is het toch zonneklaar dat het terrein oprijden met zware machines op rupsbanden, zware tractoren, professionele bosmaaiers, ontelbaar keren meer risico's voor de omwonenden met zich meebrengen.
Hierover is de burgemeester (reeds op 15-101-2024) al rechtstreeks per mail om meer uitleg gevraagd. We kregen tot op heden slechts dit antwoord:
"Burgemeester Mathias De Clercq kreeg uw antwoord en legt uw mail(s) voor aan De Lijn met de Dienst Toezicht van de Stad Gent en mevrouw Heyse, de bevoegde schepen die u ook aanschreef, in cc".

Heeft de Stad Gent controle gehouden op de werkzaamheden van De Lijn in het Bloemekenswijkbos?
De Stad Gent heeft controleurs op pad gestuurd die alleen naar de stedenbouwkundige elementen keken tijdens hun controles, en niet naar de overtredingen ivm de nodige bescherming van fauna en flora. Dat was hen niet opgedragen. Die controleurs hadden ook niet de nodige competenties om dat na te gaan.
Dan toch even vergeten om voor een dergelijk belangrijk biodivers terrein van 14 ha ook de nodige bevoegde controleurs te sturen. Wie neemt hier zijn/haar verantwoordelijkheid (niet) op?

Hoe kan het dat de diensten van de Stad Gent in zo'n groot dossier, de gebreken en de fouten in de bouwaanvraag van De Lijn niet opmerkten, terwijl het actiecomité en de rechter van de Raad voor Vergunningsbetwistingen die wel vonden?
Daarop antwoordde Filip Watteeuw (groen) dat de Stad dergelijke bouwaanvragen toch niet van naaldje tot draadje kon nakijken. Hallo?
Voor een vergroend gebied van 14 ha te midden van volkswijken die gebukt zullen gaan onder toenemende hittestress, en waarvan de Stad Gent zelf al jaren zegt dat er te weinig groenvoorzieningen zijn, lijkt zo'n inspanning absoluut noodzakelijk. Die inspanning niet leveren wijst in dit geval op vooringenomenheid of ronduit laksheid.
Negatieve adviezen van het College van Burgemeester en Schepenen, hadden in deze zaak wel degelijk een groot verschil kunnen maken, tot en met het niet toekennen van de bouwvergunning.

 

Bouwvergunning van De Lijn geschorst

Op vrijdagmiddag 18 oktober 2024 kregen we de melding dat de Raad voor Vergunningsbetwistingen ons dringend verzoek tot onmiddellijke stopzetting van de werken op het Bloemekenswijkbos ingewilligd heeft.

Hierbij heel veel dank aan "Vlaanderen, laat je bomen leven" van Ivan De Clerc, onze advocate, meester Marleen Ryelandt en al onze sympathisanten!

Dat betekent dat de bouwvergunning momenteel geschorst is en De Lijn tot nader order niets mag doen op Wissenhage.
De Lijn en/of de Vlaamse regering kunnen nog beroep aantekenen tegen dit arrest. Als de Vlaamse Regering of De Lijn geen beroep meer aantekent binnen de 30 dagen (dus voor 19 november 2024) dan vervalt de bouwaanvraag definitief, en dat zou dan nog vrij snel kunnen gebeuren!
Wordt er wel beroep aangetekend dan zal de hele zaak nog eens "ten gronde" behandeld worden. De behandeling daarvan en de daaropvolgende uitspraak kan dan nog heel lang (vele maanden) op zich laten wachten.
En dan nog is de kans zeer klein dat De Lijn of de Vlaamse regering op basis van de bestaande bouwvergunning dit beroep kunnen winnen, want er is geen noodzakelijke afwijking van het ANB (Agentschap voor Natuur en Bos) afgeleverd, voor of tesamen met de bouwaanvraag. Dit kan achteraf niet zomaar afzonderlijk rechtgezet worden!

In de omgevingsvergunning moest ook nog een doorvertaling gemaakt worden van de milderende maatregelen naar de beschermde soorten toe. Dit is niet gebeurd. Als men dus toch verder door wenst te gaan met de bouw op Wissenhage dan moet er eerst een nieuwe vergunning aangevraagd worden!

We hopen dat de verantwoordelijken van De Lijn (en alle betrokken overheden) ondertussen zullen inzien dat het Bloemekenswijkbos veel te belangrijk is voor de omliggende wijken, en dat ze eindelijk gaan uitkijken naar enkele kleinere locaties in en om Gent op reeds verharde ondergronden.

 

Meteen veel meer omgevingsgeluid na de kap

Na de massale kap in het Bloemekenswijkbos (van woensdag 9-10-2024, donderdag en vrijdag) bereikten ons al meldingen dat de bewoners van de oostelijke kant van de sociale woningblokken in de Jan Yoensstraat veel meer geluid hoorden dat afkomstig was van de Wiedauwkaai en de industrie die er gevestigd is (vb. o.a. het bedrijvenpark Galveston, de Eskimofabriek en ABC, Anglo Belgian Corporation is een Belgische fabrikant van krachtige verbrandingsmotoren voor schepen en generatoren (met diverse brandstoffen (zware fuel, diesel, waterstof) opgericht in Gent op 26 oktober 1912. De belangrijkste afzetmarkten zijn de scheepvaart, spoorwegen, stroomgeneratoren, elektrische centrales en warmte-krachtkoppelingen.)

De werkhuizen van ABC liggen precies op 500 meter van de woonblokken. Bijna alle bomen en struiken die daartussen stonden zijn weggehaald (op een zone van 20 meter na).

Uiteraard zal de windsnelheid en windrichting heel bepalend zijn in de afname van de "geluidsrust" van de bewoners van de sociale woonblokken in Jan Yoens.

Deze geluidstoename is soms al duidelijk merkbaar op het fietspad, en dat is dan weer in tegenstelling met enkele van de bedoelingen van de "groenklimaatassen"; zie hoger.

Wat kan je doen wanneer je vindt dat je als bewoner nu geluidsoverlast ondervind?

Het melden van milieuhinder/geluidshinder kan telefonisch, per e-mail of bv. online aangeven, zie:
Milieuhinder melden
Na het indienen van het elektronisch formulier krijg je binnen de week een ontvangstbevestiging. Daarna zal een medewerker met jou contact opnemen om het probleem verder te bekijken. De behandelingstermijn kan verschillen afhankelijk van de ernst of prioriteit van de inbreuk.

Wil je een brief versturen of een e-mail, kijk dan gerust naar een voorbeeld om inspiratie op te doen.
De brief kan je opsturen naar het adres:
Dienst Toezicht Wonen, Bouwen en Milieu
Woodrow Wilsonplein 1
9000 Gent
of daar gewoon gaan afgeven.
De e-mail kan je sturen naar   toezicht@stad.gent  .

 

Twee maten en twee gewichten

Op maandag 14 oktober 2024 werd aan de burgemeester De Clercq gevraagd waarom hij de kap- en snoeiwerken van De Lijn niet meteen stopzette.
Hij beweerde dat hij daartoe geen rechtsmiddelen had. Zeer eigenaardig, en daarbij schiet hij tekort in zijn verplichting om de buren van de Bloemekenswijk —die toch ook Gentenaars zijn— een gezonde leefomgeving te garanderen. Hoe zit dat dan?

Als de burgemeester meestapt in de vraag van De Lijn (via hun deurwaarder) om het Bloemekenswijkbos te ontzetten, dan doet hij dat op basis van een vonnis van 12 juli 2024 van een vrederechter van het derde kanton Gent (12/07/2024 nummer 24A2311/3), die stelt dat de vervuiling van het Bloemekenswijkbos zo erg dat er zelfs geen "bezetters" in het bos mochten blijven, want hun aanwezigheid daar op zich was al een gezondheidsrisico, zelfs ook voor ons, de buren.

In het vonnis van die rechter staat letterlijk:
"Uit de voorgelegde stukken blijkt dat er een asbest- en PFAS-problematiek is op het terrein. Bij het verstoren van het maaiveld kan er asbest vrijgesteld worden. Tevens zijn er 'no-regret-maatregelen' in het kader van de PFAS-verontreiniging waardoor verspreiding van de PFAS moet vermeden worden. Omwille van de gezondheid van de actievoerders en de omwonenden, en om de verspreiding van de verontreiniging tegen te gaan, is de vordering tot uitdrijving van de actievoerders gegrond."

Als het gewoon betreden van het terrein al niet mag, dan mogen grondwerken toch zeker niet (en zeker niet op de brutale manier waarop dit tot nu toe gebeurd is). M.a.w. de burgemeester had de werken, die meteen volgden na te uitzetting van de bezetters, meteen moeten stil leggen op basis van hetzelfde vonnis.

Daarnaast moet hij alle werkzaamheden stilleggen tot wanneer:

Zo niet, dan slaat de burgemeester het vonnis van de rechter in de wind, ten nadele van de buurtbewoners. Laat het nu juist burgemeester De Clercq zijn die steeds beweert volgens de wet te handelen. Het ideale moment om consequent te zijn!

 

Dringende vraag tot schorsing van de werken op het Bloemekenswijkbos bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen

Op woensdag 9 oktober 2024 —de dag van de uitzetting van de bezetters en de onmiddellijke start van kap-, snoei- en grondwerken— heeft het actiecomité meteen een spoedprocedure (een UDN, schorsing bij Uiterst Dringende Noodzakelijkheid) aangespannen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen om de stopzetting van die werken te bekomen, ten minste tot wanneer er een uitspraak ten gronde is van de Raad voor Vergunningsbetwistingen over de bouwvergunning van De Lijn.

Dat is gepleit op maandag 14 oktober 2024. Momenteel wachten we nog op het verdict van de rechter.

 

Verzoekschrift tot schorsing en nietigverklaring van de bouwvergunning

Op donderdag 12 september 2024 heeft ons actiecomité de schorsing en de nietigverklaring aanhangig gemaakt bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen.

Het is sedert dan afwachten of de Raad voor Vergunningsbeslissingen die vraag "ontvankelijk" verklaard. Als dat gebeurt, dan kan het nog meer dan een jaar duren vooraleer daar een definitieve uitspraak op volgt.
Het zou wel erg risicovol zijn van De Lijn om nu reeds werken te starten, wanneer er kans is dat de vergunning alsnog verworpen wordt.

 

Zuhal Demir verleent de toelating om te bouwen en te exploiteren

Op 28 juli 2024 heeft Zuhal Demir, als Vlaams minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, een besluit ondertekend waarmee De Lijn de toelating krijgt om het gebied Wissenhage te bebouwen met een stelplaats voor trams, een stelplaats voor bussen, een onderhoudscentrum voor trams en een onderhoudscentrum voor bussen. Daarbij heeft ze ook de exploitatie ervan goedgekeurd.

Hierbij worden de argumenten van 1245 bezwaarschriften genegeerd of op onlogische gronden verworpen. Zie desnoods zelf in het document "Beslissing_aanvraag_verg.pdf" dat je vindt op de pagina Omgevingsloket, Daar even naar beneden scrollen en je krijgt bij "Bestanden" de toegang tot het 85 pagina lang besluit.  Of gemakkelijker nog: klik hier.

Het is daarbij duidelijk dat Zuhal Demir zich ook liet vangen door de stelling van De Lijn dat alle vier de functies samen op één locatie moeten bijeengebracht worden. Op die manier kan De Lijn beweren dat er geen alternatieven te vinden zijn in Gent en dus toelating kan krijgen om een gebied waarin beschermde dier- en plantensoorten leven, toch te mogen inpalmen.

Daardoor zal natuurlijk veel biodiversiteit verloren gaan, maar ook de verkoelende invloed van Wissenhage op de omliggend buurten.
Dit blijft onaanvaardbaar voor het actiecomité. Er zit dus niets anders meer op dan in beroep te gaan tegen deze beslissing.

Ook de "Reizigersbond" is mee in de val gelopen van De Lijn, alsof het bebouwen van Wissenhage de absolute en enige mogelijkheid is om tegemoet te komen aan de uitbreiding van de bestaande stel- en herstelplaatsen in Gent. We willen graag in gesprek gaan met de Reizigersbond om één en ander uit te klaren.

 

Verslag tweede zitdag in kortgeding om werken stil te leggen op Wissenhage

Op vrijdag 28 juni 2024, om 9 uur, was de tweede zitdag gepland voor de rechtbank om te beletten dat De Lijn (in het kader van "testen" of wat dan ook) nog verder chemicaliën in de ondergrond zou spuiten (zie hoger).
Deze zitdag is niet doorgegaan omdat de advocaat van De Lijn vrijdagochtend 28 juni 2024 via e-mail liet weten dat hij niet kon opdagen wegens ziekte. Deze zaak is nu uitgesteld tot maandag 1 juli 2024 om 9:30 uur in zaal 2 van het gelijkvloers (zaal 0.2) in het gerechtsgebouw.

Bijgevolg blijven alle werkzaamheden in opdracht van De Lijn, die een gevaar kunnen vormen voor de biodiversiteit op Wissenhage verboden.
Wordt vervolgd ...

 

Bezetting van het bos - Wondelmeersen bezet

Sedert donderdagavond 21 juni 2024 bezetten een 20-tal personen het Bloemekenswijkbos. Ze willen Wissenhage bezetten tot er een definitief besluit komt dat Wissenhage natuur mag blijven. Een zeer sterke ambitie!
Ze kamperen er en slapen in hangmatten die ze tussen de bomen opgespannen hebben. Ze hebben een boodschap aan de buren, en daarop staat het volgende te lezen.

 
      WONDELMEERSEN BEZET!
 
Sinds 20 juni, de zomerzonnewende, zijn de Wondelgemse Meersen bezet en uitgeroepen tot autonome zone.
Dit natuurgebied, 15ha groot, is het laatste aaneengesloten stuk wildernis van wat ooit een uitgestrekt moerasgebied was in het noorden van Gent.
Als het aan vervoersmaatschappij De Lijn en politici als Zuhal Demir (NVA) en Lydia Peeters (Open VLD) ligt, zouden de Wondelmeersen binnenkort vernietigd worden om plaats te maken voor een zogenaamde "groene" stelplaats voor bussen en trams". Maar een "groene" stelplaats bouw je niet ten koste van waardevolle groene natuur.
De buurt is al lang in verzet hiertegen en richtte het actiecomité "Bloemekenswijkbos" op. Ook werd door een groep biologiestudenten meer dan 40 beschermde diersoorten ter plekke aangetroffen waaronder de muurhagedis, alpenwatersalamander, kleine watersalamander, vos, steenmarter en ijsvogel.
Tot nu toe zijn zowel de buurtbewoners als de beschermde diersoorten die er leven genegeerd.
Met deze bezetting vervoegen we ons bij de strijd van de buurtbewoners. Er wordt een autonome zone gecreëerd die instaat voor de bescherming van dit natuurgebied. We kruipen de bomen in en blijven daar totdat de Wondelmeersen gered zijn. We zijn niet tegen een nieuwe stelplaats an sich, wel tegen de vernietiging van waardevolle natuur. Terwijl de lijn doet alsof er geen andere opties zijn, liggen er minstens 5 alternatieve kleinere locaties op tafel die geen extra verharding vragen ...
Waardevolle stadsnatuur onherroepelijk vernietigen en betonneren is geen optie!
Tijd voor directe aXie dus! Kom of want als de politiek faalt, dan moeten we het zelf doen!
DIT WIJKBOS WIJKT NIET!   DE LIJN, ZWENK UIT!
 

Ondertussen heeft De Lijn al een deurwaarder op de bezetters gestuurd.

Een rechter heeft besloten dat de bezetters het terrein moeten verlaten op straffe van € 250 per dag dat de bezetting langer zou duren.
Dit is echter een duidelijke vorm van een strategische rechtszaak tegen publiek protest of "tergend of roekeloos geding", dat op Europees niveau al verboden is en waarvoor in België ook al partijen veroordeeld zijn. Voor meer info hierover zie SLAPP.

Dit is een "tergend geding" omdat De Lijn t.o.v. de rechter argumenteerde dat de bezetters het terrein moeten verlaten omwille van hun eigen veiligheid, want er zou een asbestvervuiling zijn. Nochtans heeft De Lijn jaren toegelaten en gestimuleerd dat er iemand met haar expliciete toelating mocht wonen op dat terrein! Ze moest wel 2 maal per dag een rondgang doen om te zien of er geen problemen opdoken - zonder enige verwittiging over het "mogelijke" gevaar! Een bijzondere vorm van consequentheid van De Lijn.
Verder is het zo dat de vastgestelde vervuiling met asbest onder de norm ligt om te moeten saneren. Dan is dit argument wel heel zwak (wetende dat de bezetters hoofdzakelijk in de bomen verblijven). Momenteel is dit terrein echter veilig genoeg om daar passieve natuurbeleving te doen. De vervuiling die nog in de ondergrond zit mag alleen geen bijkomende geforceerde waterinfiltratie ondergaan. Iets wat dus niet het geval is wanneer mensen of dieren daar gaan wandelen (bron van de technische informatie is de "SAMENVATTENDE NOTA - VASTE DEEL VAN DE AARDE -De Lijn - Wissenhage" van TRACTEBEL ENGINEERING N.V. van 3 juni 2020).

Wissenhage valt onder de PFAS "No regret-maatregelen" van de Vynckier-site, Nieuwevaart, omdat Wissenhage in een zone ligt tussen de 100 en 500 meter van de vastgestelde vervuilingsbron op de Vynckiersite. Daarvoor gelden volgende maatregelen:

Er zijn echter geen onbedekte, noch verharde vlaktes of braakliggende of losse gronden te bespeuren op Wissenhage. Niemand pompt daar grondwater op. Waarom dan het "betredingsverbod"?

Volgens ons heeft De Lijn onvolledige en verouderde informatie aan de rechter voorgelegd om het betredingsverbod te bekomen.

De bezetters willen echter niet wijken (en schijnbaar had de Gentse politie tijdens de Gentse Feesten andere prioriteiten). Ondertussen zijn er wel al identiteitscontroles geweest door de politie in aanwezigheid van een gerechtsdeurwaarder.

Zuhal Demir is dus net als andere organisaties in de val van De Lijn getrapt waarbij De Lijn beweert dat ze één groot aaneengesloten gebied van 12 ha nodig heeft om het openbaar vervoer in Gent en omstreken op peil te houden. Die onnodige eis stelt De Lijn alleen voorop omdat ze anders nooit een gebied met beschermde soorten mag inpalmen.

Wordt zeker vervolgd ...

Terug naar het begin (inhoudstafel) van deze pagina

 


© Lucas De Cocker